Archief Etcetera


Het mooiste en het vreselijkste theatermoment van...



Het mooiste en het vreselijkste theatermoment van...

Het mooiste en het vreselijkste theatermoment van...

Willy Westermann-Klep, dramaturge bij Theater Cosmic

Een tafel met klapstoelen in een kale ruimte. Spiegels tegen de wand. Zwarte gordijnen langs de muren. Thee en koffie. Taart. Beleefd glimlachend leuteren schrijver, regisseur en spelers met elkaar. Het spel, vóór het spel is begonnen. Ik sla de eerste bladzijde op. Woorden, waar ik maandenlang mee heb geworsteld, liggen voor me. Stampij, scène 1. Een vrouw zit in een stoel, een andere vrouw komt binnen. Ze draagt iets exotisch en heeft een cadeautje bij zich. Ik kijk naar de twee actrices die deze twee vrouwen gaan spelen. Actrices waarmee ik de komende tijd, dag in dag uit, in de repetitie-ruimte zal knokken over woorden, zinnen, gedachten. Naar de regisseur in wiens huid ik zal moeten kruipen, wil ik hem tenminste kunnen volgen. Naar de schrijver, die erop rekent dat ik zijn tekst zal verdedigen. Naar mezelf.

Er hangt iets in de lucht. Alsof ik opnieuw mijn ja-woord ga geven. En opeens gebeurt het. De personages krijgen een gezicht, een stem, ogen, een lichaam, handen en voeten. Voor de zoveelste keer beleef ik de seconde waarin de grens van mijn eigen verbeelding overschreden wordt. Waarin ik mijn onschuld verlies. Voor de eerste keer naar bed ga. Me voor het eerst verraden voel. Het niveau van mijn adrenaline stijgt. Mijn handen worden vochtig. Het prikt in mijn oksels. Ik hoor dat de dialoog, die ik op een andere plek in het stuk zette, beter werkt. De structuur is spannender. Ik maak een aantekening. Deze zin bevalt me niet. Het kan beter. Of ligt het aan de manier waarop de zin wordt gesproken? Liefde, haat, verraad, verdriet - het is allemaal al duizend keer gezegd - mooi, lelijk, stuitend, ontroerend. Maar die ene seconde waarin het lezen overgaat in het levend horen en zien, daar zit ik iedere keer op te wachten. De seconden waarin woorden een nieuw leven krijgen.

Griet Van Laer, tot voor kort Vlaams Theater Instituut, nu Meg Stuart Company

Agatha van De Tijd was voor mij de vreselijkste theaterervaring van het voorbije seizoen. Het was een lauwe, statische voorstelling. Ik was er met grote verwachtingen naartoe gegaan, want tijdens het Kunstenfestival vorig jaar voelde ik me erg aangesproken door A. da Agatha, waarvoor Thierry Salmon zich op dezelfde tekst van Marguerite Duras baseerde. In de produktie van De Tijd gebeurde er niets met die mooie, suggestieve tekst van Duras. De acteurs haalden er niet uit wat er in zat. Blijkbaar voelden ze niet aan waarover het gaat. Daardoor kwamen ze ook als acteur ongeloofwaardig over.

Angels in America (Ro Theater) was dan weer een zeer aangename verrassing. Eigenlijk zag ik er wat tegen op om zo lang in het theater te gaan zitten, maar na een tijdje begon ik de pauzes vervelend te vinden! Ik wou verder kijken. De prettigste bezigheid tijdens de pauzes was speculeren hoe het verhaal zich verder zou ontwikkelen. Angels in America had ook zijn schoonheidsfoutjes, maar ik vind het een fantastisch dat je mensen een hele dag in de zaal kan houden zonder dat ze zich gegijzeld voelen... een gevoel dat je soms al hebt bij een voorstelling van een uur.

Martien Langman, publiciteitsmedewerkster Polanentheater, Amsterdam

Zondag 25 juni organiseerde het Polanentheater (een klein theater in de Amsterdamse Spaarndammerbuurt) voor de derde maal de Interculturele Koren-dag. Op zo'n dag treden tien koren op, in twee zalen en op een buitenpodium. Het is een evenement dat veel improvisatietalent vereist, maar het is ieder jaar weer prachtig. Het weer zorgde voor subtropische temperaturen en een overvol terras. De ijscoman deed zijn handel door het hek heen, buren hingen over balkons of dansten in bikini in hun achtertuin.

Op dezelfde dag werd boven het dichtbij gelegen terrein van de Westergasfabriek (in het kader van het Holland Festival) gerepeteerd voor een concert met vijf helicopters (muziek: Stockhausen). We wisten ervan, maar niemand kon ons vertellen óf en hoe laat de repetities zouden plaatsvinden. Dus waagden we de gok. Zolang die helicopters boven het Westergasterrein zouden blijven hangen, konden ze ons niet al te grote problemen bezorgen. Dachten wij. Helaas bleven de helicopters helemaal niet boven het Westergasterrein hangen, maar kwamen ze pal boven de binnenplaats van het Polanentheater aangevlogen. Grote pech voor het Koor op Zolder, een klassiek koor. Gedisciplineerd zongen ze dwars door het luchtgeweld heen, al hoorden ze zichzelf niet meer. Het publiek hoorde al helemaal niks. Teleurgesteld verliet het koor het podium: een jaar repeteren, en dan leg je het af tegen een stel helicopters!

De koren die daarna optraden speelden het slimmer: ze onderbraken hun zang als de helicopters overkwamen, en begonnen na het lawaai gewoon opnieuw. Na afloop zei een vrouw - die klaarblijkelijk onze wanhopige gezichten niet had gezien: Mooi hè, die helicopters, hoorde dat erbij?

De hekkesluiter van de dag was het Wees-pertrekvaart Mannenkoor, met stoere, bonkige en gevoelige zeemansliederen. Maar waar waren ze? In ieder geval niet in de 'inzing'-ruimte. In de bar had ik meer succes. 'Jullie moeten zo op, moeten jullie niet inzingen?' 'Inzingen? Indrinken zul je bedoelen.' 'Maar waar is de dirigent dan?' Inmiddels was ook het publiek behoorlijk ingedronken. Meezingend en meedeinend sloot het een lange, hete dag af.


Development and design by LETTERWERK