Dialoog (3)
Marianne Van Kerkhoven en Willy Thomas
Dialoog (3)
In de vorige twee nummers van
WILLY THOMAS: Op dit ogenblik is het opnieuw het geld dat in de maatschappij alle breuklijnen bepaalt, ook in het theater en in de verhouding tussen de segmenten van dat theater: het gesubsidieerde, het commerciële en het amateurstheater. Door de huidige ver-rechtsing wordt ook het beleid meer en meer gevoelig voor inhouden die afstemmen op populisme. Wanneer je het theater heel schematisch zou indelen tussen 'kunst om de kunst' aan het ene uiterste en het plat commerciële aan het andere, dan wil het beleid 'iets dat daar tussenin ligt'. Dat is een gevoelige materie; voor mensen die kunst maken, daar graag mee bezig zijn en dat afstralen op een publiek, gaat het veel meer om het samen maken van iets dan om het ver-maken. De plek die je daarvoor opeist, wordt gesteund door een beleid; zij vinden dat belangrijk en jij krijgt geld om dat te ontwikkelen. Sara trok de vergelijking tussen kunstenaars en wetenschappers: die gaat niet helemaal op,
maar de poëzie en de manier waarmee je met inhouden omgaat, verloopt wel via onderzoek, gesprek, proces, overleg, bemiddeling die op gelijke wijze als bij de wetenschappers de aandacht van een beleid verdienen. Met het geld als breuklijn worden de discoursen almaar simplistischer (kijk bijvoorbeeld maar naar het
Marianne Van Kerkhoven: Wat moet je dan doen?
44
OPEN KOLOMMEN
wllly
marianne: Wat had je dan moeten doen?
wllly: Ik denk dat ik doe wat ik kan, gezien mijn mogelijkheden. Ik moet dat niet ophemelen en ook niet naast me neerleggen. Ik denk dat wat ik doe 'zin' heeft. Maar dan moet je opnieuw gaan definiëren wat dat is: 'zin'. Wat is je taak? Wat is je engagement? Het zou een droombeeld kunnen zijn: als alle mensen die zeggen dat ze tegen de oorlog zijn nu eens naar
doen dan alleen een positie innemen. Maar de mechanismen van de organisaties die dat engagement structureren, breken het ook af. Als je je bijvoorbeeld bij
Maar je moet de dingen blijven zeggen; jouw opmerking over 'de internetisering' van voorstellingen, voorstellingen waarin heel veel op een hoop gegooid wordt maar waarin geen focus meer is, lijkt mij belangrijk.
MARIANNE: Ja, maar mijn vraag is precies: o.k., je hebt nu de dingen in hun veelheid naast mekaar gezet en wat nu?
willy: De vaststelling op zich en de mededeling ervan is reeds belangrijk. We gebruiken internet en vinden het fantastisch, ook voor onze kinderen: je krijgt de hele wereld in je schoot waarmee je zogezegd van alles kan doen. Je staat daar niet bij stil. Als dan iemand zegt: pas op, we verliezen de focus, is dat goed.
marianne: We hadden het ook al over engagement via internet. Je krijgt een reeks petities binnen; je tikt je naam in, drukt op een toets en dan heb je je zogezegd geëngageerd.
wllly: Ja, ik word daar echt kwaad van. Als ik alles moet lezen wat ik binnenkrijg, doe ik niks anders meer. En wat staat daar dan allemaal in? Iedereen schrijft maar wat; de anderen tekenen en het is zogezegd opgelost; terwijl ik wel graag internet gebruik voor persoonlijke berichten van en naar vrienden en kennissen.
marianne: Ik zoek naar eigen wegen om daarmee om te gaan. Ik las dat boekje van
naar in feite doet: zijn autonome visie uitdrukken en daar vorm aan geven?
willy: Dat beeld van het wegmaaien van takken is heel mooi. Ik kan me daar in vinden. Wat Dito'Dito doet is misschien een klein ding, maar ik voel hoe op termijn mensen van het
marianne: Wat je vertelt bewijst eigenlijk dat je om te overleven niet alleen voedsel, medicijnen, een dak boven je hoofd enzovoort nodig hebt, maar ook nog dat andere. Ik maak altijd dat onderscheid tussen overleven en leven: om te overleven is een bevrediging van die primaire materiële behoeften nodig; het 'leven' begint als er tijd over is, wanneer niet al je energie en tijd in het overleven gestoken moet worden; zoals men vastgesteld heeft dat bij die mensapen die makkelijk aan lum voedsel konden geraken en dus 'vrije tijd' hadden de eerste vormen konden optreden van wat men dan 'cultuur'
etcetera 87®«® 45
OPEN KOLOMMEN
noemt. Wat jij vertelt spreekt dat enigszins tegen, maar misschien doen ook de prehistorische muurschilderingen in grotten dat...
WILLY: Ik heb toen echt verbaasd gestaan over die nadrukkelijke aanwezigheid van theater in landen waar je dat - ook om religieuze redenen - niet verwacht. Er is daar veel theater, ondergronds en bovengronds; er is een jaarlijks festival in
Maar ik weet niet of ik - zoals
niet meer naar de mis te gaan en heb toen gedacht: met religie hoef ik me de rest van mijn leven niet meer bezig te houden, dat is een verworvenheid. En je stelt vast dat de tijd waarin we leven je verplicht om opnieuw met religie bezig te zijn. We kunnen alles opnieuw verliezen; als je aan je eigen dingen gaat vasthouden, dan zit je pas in het verlies, want dan ga je de rest van de werkelijkheid negeren. Je kan niet voor jezelf dingen uitmaken en dan denken dat de wereld zich daarnaar gaat organiseren. Abortus, homohuwelijken, vrouwenemancipatie enzovoort: het kan morgen allemaal opnieuw van tafel worden geveegd.
MARIAN N E: We hebben toch heel lang rondgelopen met die vooruitgangsgedachte. Met het beeld dat de geschiedenis sinds - pakweg - de
nieuw beginnen. Maar het besef van geschiedenis - en daarin wellicht het besef dat een situatie heel erg kan zijn, maar nooit tot in der eeuwigheid blijft duren - bevat altijd een troost voor mij. Als je alleen maar 'dit moment van de wereld' bekijkt zonder historisch perspectief, zoals vandaag maar al te vaak gebeurt, dan word je toch wanhopig, niet?
WILLY: In de zin dat als je twee kinderen in een kamer opsluit met één ijsje, je gegarandeerd een gevecht krijgt. Dat zal altijd wel zo zijn, tenzij je dat mechanisme in banen kan leiden. Wat de wanhoop tegenspreekt is de voortdurende beweging, de verandering; en dus ook de verandering van wat je 'verworven' acht. Op het moment dat je het systeem achter je eigen verworvenheden begint te zien, ben je je eigen graf aan het graven. Wij kiezen voor het theater als onderdeel van de werkelijkheid en proberen daarin de dingen die we rondom ons zien om te zetten in iets anders om er terug over te kunnen praten. Eigenlijk moet je alles - ook de zogenaamde verworvenheden - telkens weer op losse schroeven zetten; niet in de zin van ondermijnen, maar gewoon om te weten dat er eigenlijk nooit een eindpunt is. Als je echt iets wil veranderen moet je wellicht een andere plek in de werkelijkheid kiezen, in de politiek of in de economie misschien, maar met het machteloze van wat wij doen moeten wij vrede nemen. We zitten in een paradijselijk gebied, maar we hangen aan draadjes; morgen kan het gedaan zijn. We moeten ons ook niet verdedigen: dat is tijdverlies. We moeten gewoon ons werk doen.
46
Auteur Marianne Van Kerkhoven, Willy Thomas
Publicatie Etcetera, 2003-06, jaargang 21, nummer 87, p. 44
Trefwoorden willy • sara • marianne • wllly • daar • inhouden
Namen Alain Platel • Amman • Antwoord • Baraplein • Benjamin Verdonck • Borgerhout • Bottelarij • Brussel • City Mine(d) • De Metamorphosen van de Roovers • Duisburg • Etcetera • Europese • Forsythe • Franse • Gewoon • Guy Dermul • Heiner Müller • Heliogaba • Irak • Marokkaan • Mekka • Nederland • Palestina • Pasen • Paul Pourveur • Peter Vermeersch • Pol Hoste • Resist • Rits • Ruhrtriënnale • Rüdiger Safranski Hoeveel • S.T.O.E.M.P. • Tim Etchells van Forced Entertainment • VTM-panel • Vlaams Blok • Vlaanderen • Willy Thomas van Dito'Dito
Development and design by LETTERWERK