Date 1988-01-29

Publication De Standaard

Performance(s) A.Dieu

Artist(s)

Company / Organization Marc Vanrunxt

Keywords flamingopersbrochureaanmatigendcan-canlendensteunintrigerendieuvaagheidhandschoenenkoreografie

Adieu, was het maar waar: "A.Dieu" van Marc Vanrunxt

BRUSSEL - "Gevoelens van geestelijke kwelling, onmacht en wanhoop, van innerlijke onrust en agressie worden als het ware rechtstreeks door het lichaam uitgedrukt in hun abstrakte hoedanigheid", dat staat te lezen in de persbrochure over Marc Vanrunxts koreografie A.Dieu. met als verdere toelichting dat de bewegingen van deze voorstelling gebaseerd zijn op "het Parijse fin-de-siècle en de ontstuimtge wildheid van de cancan". Dat is een perfekt voorbeeld van marketing-newspeak. Afgezien van de vaagheid van de aangehaalde begrippen -- hoewel hier een zeker parallellisme kan gekonstateerd worden met de vaagheid van de koreografie -- is hier bovendien wat de lichaamstaal betreft, nagenoeg niets van te bespeuren.

De voorstelling is gestruktureerd als een verkleedpartij. Eerst komen de vijf dansers een na een op in een negentiende-eeuws zwempak voor mannen, waarover een brede elastische lendensteun gedragen wordt. Daarna trekken ze hierover een overall in fluweel aan, weer met de lendensteun erover. Vanaf dat ogenblik worden ook lange zwarte handschoenen met een uiteinde in plastiek gedragen. Daarna gaat er nog eens een wijde rok in zwarte voile met een soort queu over en ten slotte vallen een aantal hoepels naar beneden van het plafond die onder de rokken gegespt worden. Eind goed, al goed, alles wordt weer uitgespeeld, op badpak en handschoenen na, en dan is de voorstelling gedaan.

Deze struktuur is het enige dat de voorstelling zowat samenhoudt, voor het overige is er een zeer verwarde koreografie te zien, een eindeloos durende aaneenschakeling zeer "bedacht" aandoende vondsten, met (mits men de persbrochure leest) verwijzingen naar can-can, flamingo's en nog wel een paar andere dingen.

Dat was dan nog allemaal niet zo erg, ware het niet dat er zeer ongelijkmatig gedanst wordt -- je merkt b.v. dat Cathérine Massin en Eric Raeves echt wel kunnen dansen en de anderen echt wel niet, als je gewoon afgaat op het criterium dat een goed danser zichtbaar een inwendige timing en balans, zelfs in precaire poses, kan onderhouden - en dat het sentimentalisme van de voorstelling (cf. het citaat) irritant en aanmatigend overkomt.

Het is niet voldoende enkele beelden op een hoop te gooien om autentieke bewegingen te krijgen, de lichamelijke expressie van emotie, of juister, het opwekken langs niet-verbale weg van een sensatie waarbij de aanwezigheid van een publiek een voorwaarde is, vereist een biezondere dans-ascese en oorspronkelijkheid in de aangewende verwijzingen. De nonchalance waarmee hier aangenomen wordt dat enkele slordig rondgestrooide referenties aan flamingo's en can-can de gewenste sfeer kunnen verwekken, is aanmatigend. Ze gaat uit van een naïef geloof dat de beelden die Vanrunxt intrigeren, ook anderen intrigeren, in die mate dat er een kollektieve katarsis uit ontstaat. De produktie vertoont rommeligheid, slordigheden en een ondoordachte keuze van cliché-beelden waarvan ik mij niet meer kan voorstellen dat ze nog iemand kan raken.

Nog te zien in de Ancienne Belgique te Brussel op 29 en 30 jan. en op 11 febr. in De Vooruit te Gent.