LEUVEN -- De tweede kreatie in opdracht van Klapstuk '89 was O Boom van "Les ballets C. de la B." (een afkorting van "Contemporains de la Belgique"). Het is een weefsel van beelden en bewegingen met een groep van tien akteurs, vaak verrassend en kreatief, vol bizarre associaties en omkeringen en met een zweem van onschuldige provocatie. Uitgangspunt is het apokriefe verhaal van Joachim en Anna, de ouders van Maria, en meer bepaald de fresko's in de kapel van de Scrovegni in Padua die dit verhaal van de late, wonderbaarlijke geboorte uitbeelden.
Zonder die sleutel mis je wel eens de samenhang, en zullen sommige visuele grappen je ontgaan. Maar de logika van de aktie is sterk genoeg om het gebeuren ook zo te volgen.
In de groep van tien akteurs heb je drie welomlijnde figuren: de engel, Anna en Joachim. De anderen zijn als het ware een koor, het "materiaal" waarmee regisseur Platel kommentaar levert, de gevoelens van de personages op gang brengt en veruitwendigt. Het materiaal ook waarmee sfeer en situering van het verhaal gesuggereerd worden.
Eenvoud
Als Joachim zich teruggetrokken heeft in eenzaamheid, en de engel hoog in een boom ligt te slapen, beeldt de groep de paradijselijke natuur uit waarin Joachims ommekeer tegenover Anna zal ontstaan. Dat is met een grote komische flair uitgewerkt. Op de voorgrond staat Joachim doodstil, met de rug naar het publiek, in een mantel en met een middeleeuwse puntmuts op het hoofd. Zijn oude achterwerk wordt parmantig door een akteur ondersteund met een wandelstok. Op de achtergrond hoor je een bekommentarieerde opname van natuurgeluiden op Martinique, waarin de vergelijking tussen het geluid van dieren en koncertmuzikanten voortdurend opduikt.
Ondertussen lopen akteurs over de scène met een mandje op het hoofd, als bomen met vogelnestjes. Op dit tema borduurt Platel de ene visuele grap na de andere. Tot uiteindelijk eerst één, later twee meisjes Joachim gaan uitdagen om uit zijn letargie te treden. Ze ontrukken hem jas en puntmuts en bespringen hem als was hij een oude boomstronk.
De voorstelling begint met het tonen van fresko's door de akteurs, dezelfde die ze later verbeelden. De engel draagt de hele voorstelling een boek mee dat hij uiteindelijk aan Anna overhandigt, als de blije boodschap van haar zwangerschap. De kring sluit als Anna op haar beurt de afbeeldingen uit haar boek toont. Het zijn geen fresko's, maar telkens dezelfde eenvoudige blauwe figuurtjes, twee per blad, het hele boek door. Het goddelijke geschenk is nep. Ondertussen staat de engel dronken Vivat, Vivat te lallen en kijkt Joachim op de achtergrond met een verdwaasde glimlach voor zich uit.
Met dat soort goedmoedige ironie tegenover de bijbelse tekst en de vrome afbeeldingen is de voorstelling doorspekt. Ten gronde gaat het om het eenvoudige, ontroerende verhaal van een man en een vrouw die op hoge leeftijd nog eens de exaltatie van de liefde ervaren.
Dat is het. Heel sympatiek, vindingrijk, een beetje stout teater, met een hartverwarmend verhaal aan de grondslag. En dat vind ik te weinig. Ik zag niet vanuit welke noodzaak, tenzij het pure plezier van het doen en het amuseren, deze voorstelling gemaakt werd. De fascinatie is vlug voorbij.
Nog vanavond te zien in het Arenberginstituut, Naamsestraat 96, Leuven, om 20 u. 30.