Date 1991-05-28

Publication De Standaard

Performance(s) Châteaux en Espagne

Artist(s) De Mey, Michèle Anne

Company / Organization

Keywords degaschâteauxespagnemolesvalérydoorgegevensotomichèledokterdemasses

Michèle Anne De Mey overtuigt maar half

BRUSSEL - Michèle Anne De Mey gaf haar Châteaux en Espagne -- de Franse uitdrukking voor luchtkastelen -- een citaat mee van Paul Valéry over de studies van Degas: "Comme il arrive qu'un lecteur à demi-distrait crayonne aux marges d'un ouvrage, et produise, au gré de l'abscence et de la pointe, de petits êtres ou de vagues ramures en regard des masses lisibles, ainsi ferai-je, selon le caprice de l'esprit, aux environs de ces quelques études de Degas."

In Châteaux en Espagne zie je dansers komen en gaan. Een enkel gebaar is vaak aanleiding voor een kleine koreografie. Embryonaal tekenen zich uitwisselingen af tussen dansers. Niet de zuivere, abstrakte beweging, maar deze kaleidoskoop van gestes die iets suggereren over de mensen die we op de scène zien, houdt De Mey bezig.

Om dat te struktureren dokterde ze een estafette-patroon uit: kontakten en kleine dansfiguren worden tijdens de voorstelling doorgegeven van de ene danser naar de andere. In de eerste momenten van de voorstelling vluchten Olga de Soto en Matteo Moles voor elkaar. Als ze dan toch oog in oog komen te staan, steken ze een arm in een afwerende winkelhaak naar elkaar uit. Plots haken die armen in elkaar en rolt de Soto over Moles' rug.

Die figuur duikt in telkens andere danserskombinaties weer op. Een rode draad daarbij zijn de goocheltruukjes van Ivan Foc die ook weer "doorgegeven" worden en de entrees van Gaby Sund met twee speelgoed-cassetterecorders.

De Mey speelt dus sterk op het effekt dat de persoonlijkheid van een danser of een akteur kan hebben op een handeling. De dans is zo karig dat de spanning van de voorstelling volledig afhangt van de subtiele variaties tussen dansers. Op meer dan een moment missen de dansers uitstraling. Of anders slaagt de koreografe er niet in die tot uitdrukking te laten komen.

Daar is ook een reden voor. Als je wat beter toekijkt, merk je slordigheden allerhande. Bij Katchaturians Sabeldans wordt gewoon naast het ritme gesprongen en zijn de inzetten systematisch ongelijk.

Het ziet er allemaal uit alsof het met de losse pols ineen gezet is. Terwijl een biezonder vaste hand nodig is om de subtiliteit van de techniek te laten werken. In het motto spreekt Valéry wel over kribbeltjes in de marge, maar het is duidelijk dat zijn tekst een nauwgezette oefening is in dat vormelijk effekt van dromerij. Dat wat het meest willekeurig lijkt, een uiterste graad van precisie eist, lijkt De Mey maar half begrepen te hebben.

Nog te zien in Théâtre varia, Scepierslraat 59, 1050 Brussel tot en met 6 juni, telkens om 8 u 30. Reservering: tel: 02-640.82.58.