Date 1992-11-25

Publication De Standaard

Performance(s) ReidansLes crachats de la lune

Artist(s) Devos, JanVerstockt, Dirk

Company / Organization La faim de siècleDen Aktieven Druuge Airing

Keywords akteursairingfaimelewijtakterenhyperrealistischverstocktcliché-beeldsiècleconservatorium

Jong, maar weinig geweld

BRUSSEL -- Het openingsprogramma "Grote Goesting" van de Beursschouwburg-nieuwe stijl prezenteert totaal onbekende teatergrocpjcs, als een staalkaart van wat onder jonge Brusselse kunstenaars gaande is. Een voorlopige balans -- zij het dat de voorstelling van Marti Co niet doorging wegens een voortijdige bevalling -- is niet bijster bemoedigend. Of ben ik oud aan het worden?

De flauwe woordspeling van de groepsnaam "La faim de siècle", een groep conservatoriumstudenten, deed het ergste vermoeden. Ondanks regie (?) van Jan Devos, een oude kompaan van Jan Decorte, wordt hier een voorstelling van Schnitzlers Reidans getoond die 19de-eeuws en muf ruikt.

De cirkel van dialogen tussen de hoer en de soldaat, de soldaat en zijn meisje, het meisje en de rijke jongeman enzoverder, is bedoeld als analyse van de handelwijzen van de Oostenrijkse burgerij in haar tijd. Het kaderverhaal is een kabaretspektakel.

Het zielige aan deze enscenering is dat er zo overduidelijk alleen maar ingespeeld wordt op een cliché-beeld van kabaret in de jaren dertig. Cliché-beeld dat de akteurs volop aanleiding geeft om te "schitteren". Begrijp: het hele arsenaal van truuks dat ze leerden op het conservatorium op zo weinig mogelijk tijd zo virtuoos mogelijk tonen.

Aandacht voor de tekst en de onderhuidse bewegingen, alert reageren op mede-akteurs: dat gaat allemaal voor de bijl. Als we maar het beeldje snappen: zelfgenoegzaam vaststellen hoe afschuwelijk de anderen soms wel zijn, en hoe goed deze akteurs dat tonen. Paula Bangels als prezentatrice spant hierin op bangelijke (heeft U 'm?) wijze de kroon, maar ze kan toch nog veel leren, zelfs qua "métier" (nu we toch in oude koncepten zitten) van voorbeeld Liza Minelli.

Airing

Les crachats de la lune van Gildas Bourdet, door het amateurgezelschap "Den Aktieven Druuge Airing" (D.A.D.A.) in een regie van Beursmedewerker Dirk Verstockt is tenminste niet behaagziek of overdreven boodschapperig.

De tekst is een nogal typisch Franse tragi-komedie, vol klaplopers, hoeren, travesties, gefrustreerde restauranthouders en andere malloten, die door een treinstaking gestrand zijn in een baanrestaurant. Gaandeweg komt het onvermogen van de personages om hun leven vorm te geven aan het licht.

Wellicht gaf Buurdet de messcherpe analyse in zijn enscenering vorm door een vervreemdend hyperrealistisch akteren, in een hyperrealistisch decor. Dirk Verstockt doet het net andersom: de vervreemdende illuzie vervangt hij door de bikkelharde realiteit van een armtierig feestzaaltje in Elewijt, waar je gezeten bent op een allegaartje van oude stoelen, en verwarmd wordt door gasstralers.

Het illusionisme van het akteren wordt ondergraven door de akteurs alleen ad hoc realistisch te laten akteren, sommige rollen over verschillende akteurs te verdelen en ook de verkleedpartij te beperken tot enkele indikaties. Dat, en het feit dat het Franse patois vervangen is door Eilewaits, brengt de personages plots heel dichtbij.

Een van de gevolgen daarvan is dat het overdreven "schmieren" dat het spel van La faim de siècle en van veel amateurgezelschappen onverdraaglijk maakt, vermeden en/of funktioneel gemaakt is. Ook Maatschappij Discordia volgt soms die strategie, al is de vraag naar het akteren an sich bij D.A.D.A. niet dadelijk aan de orde. Er ontstaat ruimte om te luisteren naar de subtiliteiten van de tekst onder de grove dialektlaag. Maar evengoed merk je dan hoe moeilijk het is om daar echt precisie in te bereiken.

Het register van de meeste akteurs is iets te beperkt om, zonder dekking van kostuums en decor, de hele voorstelling lang stand te houden. Meer dan eens vallen ze lerug op tics, die ontwikkeld worden los van het geheel. De eigenaardige opsplitsingen van personages over verschillende akteurs zijn ook niet altijd even doorzichtig, misschien omdat de akteurs het niet aankunnen.

Maar als er hoop is voor het jonge teater in Brussel, dan is die toch eerder uit deze hoek dan uit het conservatorium te verwachten. Daar blijft men tot het einde van de eeuw "op zijn honger zitten".

D.A.D.A. kan U nog zien in feestzaal Willem Tell in de Vekestraat in Elewijt (autoweg Brussel-Antwerpen, afrit Zemst) op 26, 27 en 23 november om 20 u. 30.