Date 1993-08-23

Publication De Standaard

Performance(s)

Artist(s) Van Hemelrijck, Pat

Company / Organization

Keywords radeisstoefsobjektenmaterialenradeistoestandenmeulemeesterlinkebeekessencesjosseinstallaties

Het geheimzinnige leven van de objekten: Pat Van Hemelrijck rekupereert "installaties"

LINKEBEEK -- Als ik Pat Van Hemelrijck opziek in zijn huis in Linkebeek is hij een achterbouw aan het timmeren, alsof hij wil demonstreren dat knutselen hem in het bloed zit. We zoeken wat beschutting voor de zon in een prieeltje dat tegen een loods in de tuin is aangebouwd en ook dat herinnert aan het teaterwerk van Van Hemelrijck. Het prieeltje blijkt nog een restant van een Radeisvoorstelling te zijn, en ook de loods herbergt heel wat materiaal van vroegere voorstellingen.

Het biezondere aan het werk van Pat Van Hemelrijck is dat hij "via objekten en konstrukties een teaterlandschap opbouwt dat uitnodigt tot akteren". De subsidie-aanvraag legt verder uit: "Als zodanig is hij ook een beeldend kunstenaar die aan zijn eigen universum bouwt, de wereld van Alibi. In deze wereld nodigt hij andere kunstenaars en kreatievelingen uit en zo ontstaan nieuwe produkties en landschappen."

De eerste aanzet van dit teateravontuur werd gegeven in 1974 met de Radeistoestanden, waar later het wereldvermaarde teater Radeis uit ontstond.

Pat Van Hemelrijck volgde kunsthumaniora in Sint-Lukas, daarna dekoratie, kostuum- en decorontwerpen, tekenen en beeldhouwen. Hij liep ook stage in het Théâtre National.

"Wat ik zag in Théâtre National trok mij eerlijk gezegd niet erg aan, en bovendien was de teaterwereld een heel gesloten wereld, waar je moeilijk toegang toe kreeg. Met mijn kameraad Josse De Pauw en enkele anderen wilden wij daar iets tegenover zetten, met kortfilmpjes. Het eerste kortfilmpje was tegelijk het eindwerk van Luc Stoefs voor het RITCS. En daaruit ontstonden de Radeistoestanden, met kortfilms, strips, feesten... We toonden alles in Kobbegem, waar ik toen een klein boerderijtje huurde. Ondertussen deed ik hier en daar werkjes om te overleven, onder andere voor Jari de Meulemeester, die toen voor de Beursschouwburg Mallemunt organizeerde."

Op vraag van De Meulemeester ontstond Circus Radeis, een parodie op de circus- en variétéwereld, in een oude kiosk op het Muntplein, waarbij Erik De Volder en Jan De Bruyn ook van de partij waren. Radeis wegens ziekte was daar een vervolg op, met Josse De Pauw en Dirk Pauwels.

"We vertrokken meestal van een visueel idee, materialen. We maakten eerst iets, en keken dan wat je ermee kon doen. Josse bracht er dan het teatrale in. Op dat ogenblik was het eigenlijk het laatste van mijn gedachte om op een scène te gaan staan, maar ook toen al wou ik desondanks iets meer doen dan alleen maar een decor maken. Het decor werd in die voorstelling als het ware een extra akteur, en niet zomaar wat achtergrond of afleiding."

Fools

Een optreden in de Melkweg in Amsterdam leidde tot uitnodigingen bij Theater Der Welt en Festival of Fools. Radeis reisde heel Europa rond met veel bijval. Op dat ogenblik wilden ze ons ook in België wel terug. Maar de klad zat er toen al in. Het ging te snel. We moesten te veel voorstellingen spelen om rond te komen, zodat nieuwe voorstellingen tussen de optredens door tot stand moesten komen. Het reizen en het geldgebrek gingen zwaar wegen."

In 1982 kreeg Radeis voor de eerste maal subsidies, van de toneelraad Rotterdam dan nog wel. Dat stelde de groep in staat Echafaudages als een schouwburg-voorstelling te monteren. Na de tournee die eindigde op het Olympics Art Festival in Los Angeles in 1984, werd de groep ontbonden.

Aanvankelijk dachten de Radeis-jongesn na een jaar te herbeginnen, gewoon om op adem te komen. Maar uiteindelijk ging iedereen zijn eigen weg, al is er nog sprake geweest van samenwerkingen. Dirk ging het Nieuwpoortteater leiden, Josse kwam bij het Kaaiteater terecht en Van Hemelrijck maakte ook twee solovoorstellingen bij Kaaiteater.

"Dat solo-werk was een beetje een noodzaak omdat het na tien jaar Radeis plots moeilijk bleek om met anderen te gaan werken. Ik wou mijn aanvankelijk opzet, werken met materialen als akteurs, het verzinnen van materialen uit verhalen, verder uitwerken. Voor mij zijn materialen wat voor anderen een tekst is. Dat leidde tot Terracotta en Tout Suit."

Dan volgde een samenwerking met Orkater. Van Hemelrijck maakte het decor voor De eeuwige fietser en kreeg daarna een opdracht voor een eigen voorstelling, L'orange d'images, met muziek van Thijs van der Poll.

"Maar uiteindelijk stelde ik vast dat het moeilijk is in een groep met zo'n lange eigen geschiedenis een plaats te vinden. En zo ben ik dan weer op mijn eentje verder gegeaan. Het bleek moeilijk mijn aktiviteiten nog bij Kaaitheater onder te brengen. Vandaar de oprichting van vzw Alibi. Die leefde van projektsubsidie, en de AB heeft toen direkt voor een coproduktie getekend."

Fantazie

Alibi staat volgens Van Hemelrijck voor een ekskuus voor even wegdromen. "Je hebt fantazie nodig om de wereld te kunnen weerstaan. Je moet erop letten dat je een deel van je kinderfantazie, van je onschuld kan vrijwaren, kan koesteren. In de fantastische omgang met dingen kan je iets terugwinnen van die poëtische beschouwing van de dingen."

Het ligt in de bedoeling andere mensen bij de projekten te betrekken. In 1992 werkte Van Hemelrijck al smaen met Willy Thomas, die een stuk schreef voor een installatie in het inwendige van De Patstelling. Het inwendige van 48 oude tv-toestellen was leeg gemaakt en in plaats van elektronika werden er eenvoudige mekaniekjes, objekten en assemblages in geplaatst. Een walkman leverde de tekst erbij.

"Sinds dit jaar hebben we een startsubsidie van 6 miljoen frank, als figurenteater, hoewel we als tekstteater subsidie aangevraagd hadden. We kunnen nu werken met twee deeltijdse technische krachten, al kan je ze ook manipulatoren noemen en zullen ze misschien ook wel als akteur werken, en iemand voor de administratie. En verder ben ikzelf er als artistiek direkteur. Voor de rest gaan we per produktie losse medewerkers aantrekken."

Het eerste resultaat is de voorstelling Manuel De Schepper. Daaraan werken Luc Stoefs en Mark Peeters mee. Hij maakte ook de muziek. Luc Stoefs en Madeleine Sergooris gaan het gezelschap vier jaar volgen om een videodokument te maken. Volgend jaar is er een tweede voorstelling met Marc Peeters. Een oud laboratorium van essences, De Smaakmakerij in de Vooruitgangsstraat in Schaarbeek, is de inspiratiebron.

"Misschien maakt Wannes Van De Velde de muziek voor deze voorstelling. De oude retorten en machines om essences te trekken uit stoffen brachten ons op het idee van het gebouw als een reusachtige machine waar je iets instopt om iets anders, meer uitgepuurd, te bekomen. We zouden dat idee willen toepassen op teksten van Michel De Ghelderode."

"Door alle voorstellingen ontstaan steeds nieuwe installaties. Die worden nooit weggegooid achteraf. We willen oude installaties en objekten steeds rekupereren in een nieuwe kontekst. Pièce montée bij voorbeeld is achteraf opnieuw gebruikt als een autonome installatie en hetzelfde geldt voor De Patstelling met Willy Thomas' teksten. Al die installaties die in de loop der jaren ontstaan zouden we uiteindelijk willen aaneenbouwen tot een soort echte-pretpark."

"Manuel De Schepper" is geselecteerd voor het Bronks Jeugdteaterfestival in Brussel (19 september) en het Signaalfestival (25 en 26 september) in Antwerpen. Tot 25 februari toert de voorstelling door heel Vlaanderen.