Date 1995-12-01

Publication De Standaard

Performance(s) KengirCommencementFrom the white edge of Phrygia

Artist(s) Childs, Lucinda

Company / Organization

Keywords kengirphrygiamontaguesampleredgestephenwhitestrengepauzevibrerende

Koreografe Lucinda Childs boeit met uitgepuurde eenvoud

ANTWERPEN -- De koreografe Lucinda Childs is deze week te gast in de Singel. Bindteken tussen de drie werken die haar gezelschap voor de pauze brengt, is het klavecimbel, aangevuld met sampler voor Kengir. De muziek van ondermeer Gorecki wordt live uitgevoerd door de Poolse Elisabeth Chojnacka. Voor Kengir komt daar nog livezang van Françoise Kubler bij. Na de pauze volgt nog een werk uit 1995, From the white edge of Phrygia, op de gelijknamige muziek van Stephen Montague, die echter niet live uitgevoerd wordt.

Verrassend is deze voorstelling niet. Al heel snel herken je de signatuur van Childs in de strenge, maar complexe architektuur van de bewegingsfiguren.

De danstaal zelf is vrij eenvoudig en sluit in haar opbouw vanuit een rechte romp dicht aan bij de klassieke bewegingstaal. Zelfs het aantal trajekten dat door dansers uitgezet worden is vrij beperkt. En toch slaagt Childs er telkens als geen ander in om vanuit die beperkte bouwstenen verbluffende figuren tevoorschijn te toveren.

In Kengir, vijf Sumerische liederen voor sopraan en sampler, is dat de wijze waarop Childs de gelijktijdige aanwezigheid van zang en dans op een podium oplost. Het heeft er alle schijn van dat Childs de bewegingen van de zangeres even zorgvuldig gekoreografeerd heeft als die van haar dansers. De weg die zij volgt slingert zich in het eerste deel door de strenge lijnen die getrokken worden door driemaal drie dansers die via evenveel poorten opkomen. Dit "kontrapunt" tussen de zang en de dans wordt dan in de opeenvolgende . bewegingen van de muziek op telkens weer andere manieren opgelost.

De solo van Childs, op Commencement sluit hier bijna naadloos op aan en vormt een van de mooiste momenten van deze avond. Ook als ze alleen danst, blinkt Childs uit in uitgepuurde eenvoud. Door die eenvoud krijg je als kijker ruim de tijd om de inventieve op bouw te volgen.

Het merkwaardige van deze solo is dat Childs haar loopjes en lichte sprongen telkens als het ware inhoudt, dat zij de snelheid die ze ontwikkelt telkens op het laatste moment onderbreekt, door tegen de richting van de beweging in te gaan. Dat leidt tot biezondere beelden, zoals een zeer eigenaardige, maar bevallige wijze om het hoofd weg te draaien van de zin van de beweging.

Spiegel

From the white edge of Phrygia is het meest spectaculaire stuk van deze avond, wellicht ook door toedoen van de zwaar georkestreerde muziek van Stephen Montague.

In het eerste deel van dit werk is het achterdoek bloedrood. De dansers verschijnen in bijna zuiver tegenlicht als schimmen. Twee figuren worden snel na elkaar getoond. Eerst zie je twee dansers die vanuit het midden van de scène in tegengestelde richtingen diagonaal wegbewegen, als spiegelbeelden. Daarna zie je twee andere dansers die op parallelle lijnen simultaan verschuiven.

Die twee simpele figuren groeien echter al heel snel uit tot een zeer complex spel, als ze over elkaar heen geprojekteerd worden, zich gaan vermengen, en vanuit de twee zijwanden van de scène tegelijk op gang komen met zeven dansers. De belichting wijzigt voortdurend op subtiele wijze. Soms lijkt het alsof de verschillende bewegingsgolven tegen elkaar opbotsen en elkaar tot staan brengen; vijf dansers staan plots tegenover elkaar als snel vibrerende staande golven. En dan gaat het weer door.

Nadien volgt een tweede deel waar de scène plots donkerblauw wordt en gaasdoeken neerdalen over de scène. Als uit een dichte mist priemt het licht van spots de zaal in. De snelheid en het aantal van de bewegingen zakt plots bijna terug tot niets. De sfeer wordt onwillekeurig plechtig, met afgemeten groepen dansers, in heldere, trage bewegingen, niet meer dan passen. Nadien herneemt de dynamiek van het eerste deel nog heel even, in een muzikale finale.

Nog te zien tot 2 december om 20u, in deSingel te Antwerpen.