Date 1996-06-01

Publication De Standaard

Performance(s) Elseneur

Artist(s) Lepage, Robert

Company / Organization

Keywords lepagetechnologieelseneurhamletwandbelichamenvalsintellectueelillusietekstgegeven

Technologische hoogstandjes op rug Shakespeare

BRUSSEL -- Hoe zou Shakespeare Hamlet geschreven hebben als hij over de technologie van vandaag beschikte? Theatermaker en "techno-wizzard" Robert Lepage vroeg het zich af. Het grote probleem van Elseneur zit vervat in deze beginvraag: technologie is altijd het product van een bepaalde maatschappij in een bepaalde tijd. Doen alsof je tot de kern van Shakespeare komt op een "moderne" manier is intellectueel vals.

Wie aandachtig kijkt, ziet echter dat het daar ook helemaal niet om gaat: de inzet van dit stuk is het publiek te overbluffen met technologische hoogstandjes, op kosten van Shakespeare en het theatrale zelf.

Je hebt dat niet zo dadelijk door, omdat wat Lepage doet ook echt verbluffend is. Aan beide zijden van de scène staan projectieschermen die heen en weer kunnen bewegen. In het midden staat een stelling waarin een bewegende wand opgehangen is. In die wand kan een cirkel waaruit een rechthoek uitgespaard is, ronddraaien.

Deze wand, in combinatie met vernuftige projectiesystemen, een uitgekiende belichting en talrijke attributen laat de meest fantastische transformaties van de scène toe. De wand wordt al eens een deinende zee, of laat Lepage toe in een oogwenk de rol van de koning of de koningin te spelen.

De elektronische manipulatie van zijn stem en de vaak overdonderend luide muzikale ondersteuning, maken de filmische illusie totaal. Lepage doet er ook alles aan om je te doen vergeten dat je in een theater zit: bij het begin van het stuk, na een korte proloog, sluiten de zijschermen en de middenwand zich tot een projectiedoek waarop een aftiteling, met medewerkers, producenten en tutti quanti verschijnt.

Een en ander stelt Lepage in staat om alle rollen in het stuk voor zijn rekening te nemen, enkele kleine scènes met een dubbelganger niet te na gesproken. De intellectuele verklaring voor dit nogal geforceerd huzarenstukje is, dat het mogelijk is alle personages in Hamlet te zien als afspiegelingen van Hamlet zelf, als spookgestalten in een paranoïde wereld.

Als hedendaagse tekstinterpretatie mag dit al valabel zijn, het klopt niet met de leefwereld van de historische Shakespeare:" in zijn mensbeeld was er voor dieptepsychologie nog veel minder plaats dan voor hedendaagse technologie. Zo is het wel helemaal duidelijk dat Lepages onderneming niets te maken heeft met een onderzoek naar de "oorspronkelijke" Shakespeare.

Dat kan natuurlijk ook niet: theatermakers gaan, zeker in het geval van Shakespeare, om met teksten en interpretatietradities. Ze belichamen die opnieuw. Dat zorgt op zich al voor steeds nieuwe interpretaties, een nieuwe kijk op het tekstgegeven. Er is geen "juiste" Shakespeare. Maar precies het opnieuw belichamen wordt in Elseneur nagenoeg totaal opgeofferd aan technologie en een quasi-filmische illusie. Er is geen ruimte meer waarin lichamen-personages tegenover elkaar staan en op elkaar inspelen. Er is slechts een lichaam dat dan nog in zijn lichamelijkheid nagenoeg totaal genegeerd wordt: het is een onderdeel van een machinerie.

Dat Lepage intellectueel vals speelt blijkt nog uit een ding: de wijze waarop hij acteert is eigenlijk zeer ouderwets-gedragen, zoals een fundamentalistische kijk op Shakespeare het graag ziet. Het enige waar hij in slaagt is het vertellen van de plot. Alle dubbele bodems en raadsels van de tekst zijn echter vervangen door flitslichten en uitroeptekens. Alsof we anders het verhaal niet zouden snappen.