Date 1997-04-22

Publication De Standaard

Performance(s) Carbon

Artist(s) Lecompte, LizDe Keersmaeker, Anne TeresaPaxton, Steve

Company / Organization

Keywords dunoyerpaxtonboundcoryfeeënlizlecomptevincentachterlandvernieuwingimprovisatie-kunstenaar

Schaduw van drie coryfeeën kleurt solo op Springdance Festival in Utrecht

UTRECHT -- Het Utrechtse Springdance Festival is met zijn negentiende editie het oudste festival voor hedendaagse dans in Europa. Het heeft de naam experiment en vernieuwing allerminst uit de weg te gaan, een onderneming die in de jaren '90 minder vanzelfsprekend geworden is.

Niet alleen is de belangstelling voor dans in Nederland tanend, dans staat als kunstvorm ook niet meer aan de spits van de artistieke vernieuwing. Met als gevolg dat een nieuwe generatie choreografen en dansers moeilijk te vinden is. Veel "nieuwe namen" staan er dus niet op de affiche, maar avontuurlijkheid blijft wel karakteristiek voor het gepresenteerde. De invulling van dat begrip is echter zeer verschillend.

Een echte verrassing kon je de voorstelling van ex-Rosas-danser Vincent Dunoyer bijvoorbeeld niet noemen. Hier is hij vooral bekend door zijn buitengewone vertolkingen in stukken als Achterland. Telkens was hij de kwajongen die met zijn virtuoze, op een naïeve manier charmante bokkensprongen voortdurend de aandacht wil trekken.

Voor deze solovoorstelling verzocht hij drie coryfeeën van hedendaagse dans (en theater) een solo voor hem te maken: Liz Lecompte van de New Yorkse Wooster Group, Anne Teresa De Keersmaeker van Rosas en de Amerikaans improvisatie-kunstenaar Steve Paxton. De signatuur van dit trio is duidelijk naspeurbaar in de drie dansen die Dunoyer zonder onderbreking uitvoert. Niets spectaculairs dus. Maar precies omdat er niets spectaculaire gebeurt -- in de choreografie van Liz Lecompte herken je zelfs zonder enige moeite brokstukken uit het materiaal van Fish Story -- krijgt de voorstelling een bijna didactische, en in elk geval zeer fascinerende kwaliteit.

Doorslag

In de drie gevallen is de manier waarop Dunoyer op scène staat, de bewegingstaal die hij gebruikt, hem allerminst "eigen". De korte solo Carbon die hij ontwikkelde met Steve Paxton is zelfs ontstaan op basis van een videoregistratie van een van diens improvisaties. Hij "doet Paxton na". Het merkwaardige is dat zo als het ware een dubbel beeld ontstaat. Dat suggereert de titel ook: zoals je bij een doorslagje met carbonpapier het uitzicht van het origineel wel kan vermoeden, maar niet in al zijn details kan reconstrueren, verschijnt ook hier, alle gelijkenis ten spijt, een nieuw stuk.

Nog merkwaardiger is dat in de solo van De Keersmaeker. Soms duikt de Vincent Dunoyer uit Achterland op in de uitdagende dribbels en sprongen. Maar elders schemert de explosieve kracht van de choreografe zelf door: de plotse stamp met de volle hiel, de monstering van het publiek, het langzaam inlopen voor de muziek inzet. En was het een indruk, of kleurde er zelfs iets van de ervaring met Paxton (die ook in De Keersmaekers Toccata sporen naliet) af op een aantal sequenties?

In Lecomptes choreografie gebeurt nog iets totaal anders. Hier verdubbelt de dans de beelden uit een oude pornohorrorfilm en een registratie van theater uit het Verre Oosten. Niet zozeer de verdubbeling choreograaf-danser trekt de aandacht, maar het vaak komische verschil tussen een werkelijk lichaam en de gemonteerde voorstelling ervan in een film. Dit stuk toont minstens twee dingen op exemplarische wijze: concentratie op de essentiële middelen van het theater -- de performer, de ruimte en de "danstekst" -- is al wat vereist is om een boeiend werk te maken. En bovendien: persoonlijkheid en eigenheid hoef je niet in jezelf te zoeken. Pas in de confrontatie met iets anders komen die echt tot uiting.

Wilde feesten

DV 8 kiest met Bound to please voor een totaal ander soort theater. Hier wel veel decor, veel lichteffecten, veef klankeffecten, veel spektakel kortom. Bovendien ook enkele boodschappen met een uitgesproken politieke teneur. In tegenstelling tot de bescheiden voorstelling van Vincent Dunoyer raakt alle concentratie op de werkelijkheid van de scène hier bedolven onder effecten. Alles wel beschouwd, kunnen ze op het witte scherm of de videoclip nog honderd maal straffer.

Soms leuk, maar toch vooral overbodig dus. Als je Bound to please bent, kan je de scène beter vaarwel zeggen.