Brussel -- Zelden wordt een stuk na zestien jaar hernomen met een deel van de oorspronkelijke bezetting. Als het gaat om een baanbrekend werk als North Atlantic van de New Yorkse Wooster Group, dan ben je uiteraard dubbel nieuwsgierig om te zien of het stuk zijn oorspronkelijke kracht heeft behouden. En warempel, na zoveel jaren heeft het wonder niets van zijn glans verloren.
Uitleggen waar het stuk over gaat, is in het geval van "North Atlantic" geen sinecure, om niet te zeggen dat het onmogelijk is.
Het stuk speelt zich af op een legervrachtvliegtuig met een geheime missie. De sfeer van de Koude Oorlog, met alle bijbehorende paranoia, is nooit ver weg.
In de ironische eerste scène, die onwillekeurig herinneringen oproept aan het troebele milieu van geheimagenten en complotteurs uit Libra van Don De Lillo, zet Willem Dafoe, als kapitein Roscoe Chizzum, het doel van de missie uiteen. Die missie zou wel eens niet de echte missie kunnen zijn, maar alleen een afleidingsmaneuver voor een andere missie. Maar zeker is dat niet, want dit bericht zou op zich een afleidingsmaneuver kunnen zijn. Deze cryptische kromtaal zet de toon voor een plot waar geen touw aan vast te knopen is.
De voorstelling wil ook geen samenhangend verhaal, met afgeronde karakters presenteren. Als de kijkervaring ergens mee te vergelijken valt, dan wel met anderhalf uur zappen in "Americana".
Op tijd en stond wordt de voorstelling bijvoorbeeld onderbroken voor een musical-moment met Amerikaanse traditionals, met als uitsmijters een versie van "Dominique" van Soeur Sourire en het Ave Maria van Gounod. Korte stukken min of meer samenhangend verhaal lijken dan weer zo uit tv-series geplukt, of vormen een grotesk ingedikte versie van Amerikaanse toneelklassiekers. Zo de scène waarin Dafoe woest met zijn pistool rondzwaait en zijn opponent, de "indringer" Scott Shepherd in de rol van Colonel Lloyd Lud, neerknalt.
North Atlantic zit zo voortdurend vervaarlijk dicht bij de grens van de complete onzin. Maar dat is zonder het compositorisch vernuft van regisseur Liz LeCompte gerekend. Ze speelt situaties en betekenissen zo tegen elkaar uit dat er wel degelijk een rode draad zichtbaar wordt. Op een suggestieve manier evoceert ze de Amerikaanse kijk op de buitenwereld (een slangenkuil vol crypto-communisten) en het leven. Vooral daarin is de voorstelling bijtend sarcastisch, zonder ooit rechtstreekse kritiek te formuleren.
Zoals een Amerikaanse recensie opmerkt, staat de titel North Atlantic maar voor het halve verhaal: er is ook nog een South Pacific. Of: wat de voorstelling impliciet thematiseert, is de verhouding tussen de militaire macho's en de vrouwelijke helft van de bemanning.
Die vrouwen, aangevoerd door Kate Valk, tikken voortdurend afluistertapes uit. In een beweging door tateren ze er op los, zonder ook maar een afgeronde gedachte te produceren. Hun kijk op de mannen is hoogst merkwaardig, slaafs zelfs.
Het lijkt wel hun enige ambitie om te behagen en te verleiden, met een "natte-kleren-wedstrijd" als ultiem vermaak. Dat leidt tot scènes die, ondanks de grappige inkleding, behoorlijk schokkend zijn. Helen Pickett bijvoorbeeld wordt door Chad Coleman als liefje uitgepikt en mag dan met gesnoerde mond en in avondjurk op zijn schoot gaan zitten.
Het scènebeeld van Jim Clayburgh is even belangrijk in de samenhang van het stuk. Vooraan op de scène staat een loopplank waaraan ladders opgehangen zijn. Achter die loopplank ligt het speelvlak, met een scènebrede, op rails gemonteerde, tafel. Dat speelvlak kan omhoog gekanteld worden, zodat de acteurs achter de tafel soms onder een hoek van 45° tegenover de grond staan. Zo kunnen ze ook van het speelvlak, onder de loopbrug door, naar de ruimte onder en voor de scène wegschuiven.
Dit vernuftig, maar abstract decor laat, net als de abstracte speltactiek van de regie, toe om op een soepele manier de verhoudingen tussen de spelers, tussen mannen en vrouwen te manipuleren en te verduidelijken.
Voeg daar het aanstekelijke spelplezier, met verbluffende prestaties van de hele cast aan toe, en je krijgt een voorstelling die, zonder belerend te zijn en zonder te psychologiseren, het portret van een natie en een tijd schetst.
Nog vanavond in het Luna-theater in Brussel, om 20.30 uur (02-201.58.58).