De zachte hand van Thomas Hauert
PODIUMKUNSTEN - Thomas Hauert, 'Martino'
Een boutade: 'Zoo' is een danscompagnie (z)onder leiding van Thomas Hauert. Hauert zelf benadrukt steeds weer het belang van de inbreng van de vier andere groepsleden. Die andere groepsleden wijzen echter onveranderlijk Hauert aan als de groepleider. 'Zelfs als hij niet tussenkomt, is hij het toch die beslist om niet tussen te komen.' Over zacht bijsturen als een manier om te choreograferen.
Pieter T' JONCK
Eind maart werkt 'Zoo' in de zonovergoten studio van Pierre Droulers in hartje Molenbeek. Hier heeft het gezelschap tijdelijk zijn tenten opgeslagen tot de repetitieruimte in het Kaaitheater vrijkomt. 'Zoo', dat zijn, naast de Zwitser Hauert zelf, Mark Lorimer (UK), Sara Ludi (CH), Samantha van Wissen en Mat Voorter (beiden NL). Ter gelegenheid van de nieuwe voorstelling '5' werd de groep aangevuld met nog eens vijf gasten: David Zambrano (Venezuela), Anne Mousselet (F), Martin Kilvady (Tch), Chrysa Parkinson (UK) en Mette Edvardsen (N). Hoe internationaal dit gezelschap ook is, er lopen vele 'verwantschapslijnen' kriskras door de groep. Met enige moeite slagen de dansers erin een chronologie van hun eerste ontmoetingen en samenwerkingen weer samen te stellen. De Rotterdamse dansopleiding, maar ook Rosas zijn twee van de vele referentiepunten.
'5' is letterlijk wat de titel belooft: vijf verschillende choreografieën van de vijf groepsleden van 'Zoo', die ook elk hun gasten meebrengen. Als het gesprek afgelopen is, en elk groepslid verteld heeft wat hij of zij denkt te doen, kijkt iedereen bijzonder tevreden. De vraag ligt dan ook voor de hand: waarom vijf stukken samenbrengen op één avond, al is de 'pièce de résistance' een stuk van Hauert voor alle groepsleden en gasten samen. Bij die vraag barst David Zambrano in lachen uit. 'Ik wist dat die vraag zou komen. Ze ligt zo voor de hand. Maar toch, in de dansgeschiedenis, en zelfs tot op vandaag, bestaat het gebruik om op een avond verschillende stukken te brengen waarvan de gemene deler vaak niets meer is dan het blote feit dat ze door één choreograaf gemaakt werden. Dat is hier dan wel niet het geval, maar we hebben wel een geschiedenis samen. Dus, waarom niet?'
Groepsproces
Toch lijkt er meer aan de hand. Het werk van 'Zoo' was van bij het begin, met stukken als 'Cows in space' gebaseerd op groepsimprovisatie. Hauert heeft zichzelf nooit opgeworpen als de choreograaf van de groep, eerder als diegene die de krijtlijnen van de improvisatie vastlegt. In hun laatste voorstelling, 'Verosimile', is de inbreng van de verschillende groepsleden, elk met eigen teksten en liedjes, dan ook alles bepalend. Mat Voorter: 'Het is altijd geven en nemen.' Chrysa Parkinson vult aan: 'Elke voorstelling is een groepsproces. Het verschil is dat we dat proces hier ontleden in deelprocessen van elk groepslid apart. Op die manier haal je het hiërarchisch denken onderuit. Je ontrafelt machtsverhoudingen in het gezelschap. Dat lijkt mij een heel dramatische beslissing. Maar ook een zonder valse pretenties: het is gewoon deel van het samen maken van een voorstelling.' Thomas Hauert wil toch de puntjes op de i zetten: 'Deze voorstelling wil geen staalkaart zijn van wat 'Zoo' in huis heeft. Iedereen heeft 'carte blanche' om te doen wat hem of haar na aan het hart ligt.' Maar dan voegt Sara Ludi er fijntjes aan toe: 'Jij nam echter wel de allereerste beslissing om ons dat te vragen.'
Het motief van de belangrijke, maar toch haast onzichtbare rol van Hauert keert terug als het gaat over zijn bijdrage aan '5'. Het uitgangspunt van dit stuk lijkt eenvoudig. De tien dansers leerden samen een meerstemming motet van Anton Brückner zingen. Hauert leerde als kind deze muziek zingen in een koor. Ze bekoort hem nog steeds wegens de buitengewone dynamiek en mooie harmonieën. Deze partituur vormt ook de 'partituur' van de dans. Alleen: bij de voorstelling zelf zingen of spreken de dansers nauwelijks: de muziek klinkt alleen nog in hun hoofd terwijl ze een dans improviseren. Het procédé is niet helemaal nieuw voor de leden van 'Zoo': ook in 'Cows in space' garandeerde een inwendige muziek de samenhang van de bewegingen. De improvisatie is ook niet helemaal vrij. Net als in andere voorstellingen legt Thomas Hauert fysieke opdrachten op aan zijn dansers. Zo moeten ze proberen steeds dezelfde onderlinge afstand aan te houden. Zo lijken ze op planeten die cirkelen om een onzichtbaar middelpunt. Of ze moeten zich net voorstellen dat ze verbonden zijn door een elastiek. Door dergelijke voorschriften ontstaat een ruimtelijke samenhang tussen de dansers, maar die is niet vastgelegd in een welomschreven figuur zoals in veel dansen. Andere taken bepalen dan weer hoe de dansers elkaar kunnen aanraken. Net als in vorige voorstellingen van Hauert zijn sommige opdrachten er tegelijk op gericht een 'personage' te laten ontstaan, louter op basis van wijzigingen in houding of manier van stappen en lopen.
Samen
Dit procédé is veel moeilijker dan het klinkt. 'Verleden week dachten we nog dat het onmogelijk was, nu hopen we dat het misschien wel lukt', zegt Mark Lorimer. Om de acties van de tien deelnemers synchroon te houden, zijn er in elk geval veel visuele en andere 'cues' ingebouwd. Thomas Hauert: 'Het gaat erom het gevoel van samen zingen en muziek maken vast te houden en te versterken terwijl je danst.' Samantha van Wissen: 'Iedereen in de groep heeft dezelfde verantwoordelijkheid.' Dat is net het bijzondere meent Chrysa Parkinson: 'Muzikanten die improviseren vertrekken niet enkel van een basis-tune, maar ook van een gemeenschappelijke taal of expressievorm. Maar dat lukt zelden in moderne dans, omdat er haast zoveel manieren van dansen als choreografen zijn. Iedereen heeft zowat zijn taal. Zonder dat te negeren zoeken we hier wegen om die verschillende expressies samen te laten werken.' Hauert vindt zelf dat zijn inbreng in dit werk minder doorweegt dan in eerdere stukken van 'Zoo'. Noch Sara Ludi, noch Mark Lorimer zijn het daar echter volop mee eens. Lorimer: 'In Thomas' aanpak lijkt het alsof je geleid en gestuurd wordt in een bepaalde richting, maar wel met zachte hand. Hij stuurt de krachten in de groep eerder dan dat hij kneedt en naar zijn hand zet zoals choreografen meestal doen.' En Sara Ludi besluit: 'Onze inbreng is belangrijk, maar jij koos de mensen, jij koos voor deze open structuur, jij koos de opdrachten, kortom, jij bepaalde alle uitgangspunten.' Maar rouwig lijkt ze daar helemaal niet om.
Als het over de inbreng van de anderen gaat, stokt het gesprek plots. Tot een gemene deler opduikt: niemand gebruikt veel muziek. Ludi en Van Wissen houden het bij een solo die dicht bij hun eigen lichaamservaring aansluit. Sara Ludi: 'Bij mij gaat het om een vorm van tegenspraak in de beweging. Telkens een beweging zich spontaan aandient, ga ik er tegen in. Dat probeer ik dan te tonen. Dat is natuurlijk op zich al een tegenspraak. Je moet dus een oplossing zoeken om dat over te dragen op de kijker.' Samantha van Wissen spiegelt dan weer filmbeelden van toen ze zwanger was met hoe ze nu is. 'Een buitenstaander leest een beweging anders als hij ze ziet op een ander lichaam. Maar zelf voel je dat zo niet aan. Omgekeerd kan je achteraf ook niet meer herhalen hoe je handelde met een ander lichaam.' Mark Lorimer maakt met Chrysa Parkinson een duet dat gebouwd is als een reeks van spiegelbeelden en 'loops'. De hele dans is opgebouwd rond imaginaire spiegels in ruimte en tijd. De vier andere 'Zoo'-leden fungeren hierbij als een 'corps de ballet' op de achtergrond. Mat Voorter ten slotte bedacht een duet met Thomas Hauert. 'Als ik met Thomas dans 'klikt' het, hoewel we op een heel verschillende manier tot bewegingen komen. Bij mij ontstaan bewegingen uit beelden, niet uit fysieke taken. Dat geeft een andere kwaliteit aan de beweging.'
Thomas Hauert
'5' staat in het Kaaitheater, Sainctelettesquare 20, 1000 Brussel van 9 tot en met 12 april 2003 om 20u30. Inlichtingen en reservering: 02/201.59.59 of www.kaaitheater.be .