Onconventionele Belgen
GERECENSEERDFESTIVAL
Anathème - Le cas de Sophie K.
Festival van Avignon
(tijd) - Belgen zijn er te kust en te keur op de 59e editie van het Festival van Avignon. Allen blinken ze uit door hun, in Franse ogen althans, onconventionele theaterpraktijk. Al gaat dat niet steeds gepaard met een barokke beeldenstroom als die van Jan Fabre en Wim Vandekeybus.
Jacques Delcuvellerie, de artistiek leider van het Luikse gezelschap 'Groupov', was in '99 al te gast op het Festival van Avignon met 'Rwanda '94', een stuk dat heikele politieke thema's over de Rwandese genocide ter sprake bracht. In de nieuwe productie 'Anathème' blijft Delcuvellerie lastige vragen stellen. Zoals: 'Is er een verband tussen monotheïsme en genocide?'. Hij mikt daarbij vooral op het joods-christelijk monotheïsme. Niet onbegrijpelijk: religieus fundamentalisme mag nu dan vooral verbonden worden met de islam, in veel opzichten is het een westers exportproduct, met het christelijk fundamentalisme in de VS als frappant voorbeeld.
Leeg podium
Groupov grijpt voor de enscenering van deze vragen naar een theatraal paardenmiddel (dat de eerste avonden echter een massale publieksdesertie tot gevolg had). De eerste 80 minuten van het stuk bieden de toeschouwer immers niets dan een leeg podium. Aan weerszijden brengen twee koren een oratorium met de gruwelijkste passages uit het Oude Testament. Jahweh toont zich daarin als een wraakzuchtige, bloeddorstige God, die het uitverkoren volk keer op keer uitstuurt op volkerenmoord. Het enige beeld daarbij zijn projecties, op de achterwand, van 'sublieme' 18de-eeuwse landschappen die allengs dreigender worden. Pas dan maken de acteurs hun opwachting op de lege scène, steeds volgens hetzelfde ritueel. Ze komen schichtig binnen, ontdoen zich van alle kleren en sieraden, en nemen plaats in een rij. Het is niet moeilijk om in deze handeling een uitroeiingskamp te herkennen. Ondertussen blijven de koren toornige woorden Gods over deze stakkers uitstorten. Tot ze in opstand komen met een tekst van Heiner Müller: 'Ik heb je nochtans gezegd niet terug te keren: eens dood, altijd dood'.
Deze radicale, antitheatrale dramaturgie wil de toeschouwer duidelijk tot nadenken dwingen. Ze verbergt echter een teleurstellend simplisme. De vraag stellen staat voor Delcuvellerie immers gelijk met ze beantwoorden ('Ja, er is een verband tussen genocide en monotheïsme' en 'Ja, godsdienst is een wapen in de geopolitieke strijd'). Delcuvelleries argumentatie is echter, ondanks de schijn van het tegendeel, puur esthetisch. Ze heldert niets op, maar wil enkel zieltjes winnen door esthetische terreur.
Bijbellezing
Hij is even demagogisch als het gewraakte monotheïsme. Het beeld van een uitroeiingskamp bijvoorbeeld, lijkt, door zijn schokeffect, als twee druppels water op tv-beelden van vreselijke toestanden in verre buitenlanden waar je, bij gebrek aan duiding, alleen maar de armen bij kan ophalen. Idem voor de selectieve bijbellezing: uiteraard bevat dat boek krasse staaltjes van Goddelijke willekeur. Maar er staat heel wat meer en anders in. De vraag is dan ook niet: 'Wat staat daar?' Maar wel: 'Wat doen we daar nu nog mee?' Die vraag los je niet op met een tendentieuze selectie van twintig bladzijden uit een boek dat er duizenden telt. Dat is de tactiek van pulpbladen en fundamentalisten, dat is geen serieuze lezing.
Intelligenter, speelser en amusanter is 'Le cas de Sophie K.' van Jean-François Peyret en de Vlaamse professor linguïstiek en artificiële intelligentie Luc Steels. Samen ontmaskeren ze de mythe van de tegenstelling tussen vrije verbeelding of maatschappelijk engagement en wiskundige dorheid. Ze doen dat aan de hand van de historische lotgevallen van een 19de-eeuwse adellijke Russin. Sophie K. doctoreerde als eerste vrouw in de wiskunde met een opmerkelijk onderzoek naar imaginaire getallen en chaostheorie, maar leidde tegelijk een uiterst 'romantisch' leven. Dat gebeurt aan de hand van spitante vertolkingen die inventief verwerkt worden in een multimedia-installatie. Niet echt wereldschokkend en vernieuwend, maar wel meer tot de intelligentie en verbeelding sprekend dan de donderpreken van Groupov.
Pieter T'JONCK
saskiav