Date 2006-06-10

Publication De Morgen

Performance(s)

Artist(s)

Company / Organization

Keywords lacontevlaanderenbeleidhuisnederlandrotbestveldkenniscultuurrunnencultuurhuis

Brakke Grond wordt vruchtbaar: Directrice Leen Laconte: 'Wij zijn een reëel steunpunt voor Vlaamse kunstenaars die hier hun weg zoeken'

Brakke Grond wordt vruchtbaar

Directrice Leen Laconte: 'Wij zijn een reëel steunpunt voor Vlaamse kunstenaars die hier hun weg zoeken'

BRUSSEL l Vijfentwintig jaar geleden opende minister Rika Debacker in Amsterdam het Vlaams Cultuurhuis De Brakke Grond. Die verjaardag wordt gevierd. Met reden.

door Pieter T'Jonck

Al was het huis ooit erg omstreden, het ontpopte zich de laatste jaren als een belangrijk steunpunt voor Vlaamse artiesten die hun weg zoeken in het Nederlandse bestel. Geen overbodige luxe: al spreken we dezelfde taal, het Nederlandse culturele regime heeft weinig gemeen met het Vlaamse. Nederland is geen vanzelfsprekende afzetmarkt voor Vlaamse artiesten. 'Je moet gewoon je gore rotbest doen.'

De ronkende missie van De Brakke Grond luidde in 1981 al: 'de culturele identiteit van Vlaanderen en Nederland prominent op de voorgrond plaatsen door middel van een permanent forum met landelijke reikwijdte, een podium voor kenmerkende ontwikkelingen inzake kunst en cultuur uit Vlaanderen bieden en de Vlaams-Nederlandse samenwerking bevorderen.' Toch kwam daar lange tijd niet veel van in huis. Het huis was immers slechts een buitendienst van het ministerie van Cultuur. Het werd dus bemand door ambtenaren. Die hadden noch de knowhow om een kunstenhuis te runnen, noch specifieke kennis van de sector. Het huis veroverde dan ook nauwelijks een plaats in de competitieve Amsterdamse kunstwereld. Er ontstonden zelfs problemen met de uitbating van het gebouw. Toch is de toenmalige staf weinig te verwijten: zelfs al kenden ze de problemen, ze konden die niet verhelpen omdat het hen, als buitenpost, niet toegestaan was om een eigen beleid te voeren, bijvoorbeeld om de juiste competentie aan te trekken.

In Vlaanderen bleef de politiek lang blind voor de problemen. Niet per se uit onwil of domheid. Men werd verblind door de groot-Nederlandse gedachte, die wil dat Vlaanderen en Nederland één cultuur zijn. Een cultuurhuis in Amsterdam of in Vlaanderen runnen leek dus, simpel gesteld, hetzelfde. Die politieke sturing verklaart ook waarom het huis al bij de opening bakken kritiek over zich heen kreeg vanuit de Vlaamse culturele sector. Terwijl in Vlaanderen cultuur, onder druk van de opkomende kunstencentra, weggroeide van politieke bevoogding, koos men in Amsterdam net voor een huis dat politiek, dus niet vanuit het culturele veld, gestuurd werd. Terecht stelden velen de vraag wie zich het recht zou toe-eigenen om te kiezen welke cultuur 'representatief' was. De werkelijkheid was banaler: er werden gewoon geen, toch geen scherpe, keuzes gemaakt. Vanuit een ethiek van dienstbaarheid toonde men gewoon 'alles', of met andere woorden niets.

Eind jaren negentig ging het roer echter om. Michel Price, die nu het Theaterfestival runt, kwam over. Als cultuurfunctionaris in cc Strombeek-Bever had hij namelijk wel het statuut van ambtenaar, maar hij beschikte door zijn eerdere post ook over een gedegen veldkennis. Hij begreep meteen dat er nood was aan een eigen profiel én beleid. In zijn zog volgde een jonge programmamedewerker als Piet Menu. In 2002 bracht De Brakke Grond zo plots een performancefestival als Something Raw, dat zelfs internationaal tot de beste in zijn soort hoort. De toenmalige directeur, Guido Vereecke, kaartte de zaak aan bij het kabinet Anciaux-Van Grembergen, en kreeg gehoor. Het huis werd in 2002 omgevormd tot een Stichting naar Nederlands Recht met een eigen binationale raad van bestuur en het recht om een eigen (personeels-)beleid te voeren. De effecten zijn tastbaar.

Sinds enkele jaren brengt De Brakke Grond ook echt de 'kenmerkende ontwikkelingen' die het decreet vraagt. Niet het gemakkelijkste werk, ook niet de 'grote namen', maar opkomende, veelbelovende artiesten uit alle kunstdisciplines. Potgrond is niet voor niets de naam van zijn compilatie van pop en rock uit Vlaanderen. Dat wordt in Nederland gesmaakt. DBG haalt geregeld de krant - en dat is daar geen sinecure - en heeft zelfs met 'moeilijk' werk hoge publiekscijfers. Voor het eerst wordt ook werk gemaakt van een ernstige analyse van de verschillen tussen Vlaanderen en Nederland. Het resultaat is Je moet gewoon je gore rotbest doen, een publicatie uit 2005 die goud waard is voor wie het boven de Moerdijk wil maken. Ze wijst de (grote) verschillen aan, maar leert ook hoe die te overbruggen. Piet Menu: "Beter dan te vertrekken van de idee dat we gelijk zijn, om dan te stranden op de verschillen, kun je de verschillen erkennen en vandaaruit zoeken naar wat we toch gemeen hebben.'

Leen Laconte, de huidige directeur, is zo gebeten door haar missie dat ze struikelt over haar woorden. "Als stichting worden we niet alleen op papier maar ook werkelijk een forum met 'landelijke reikwijdte'. Wij zijn een reëel steunpunt voor Vlaamse kunstenaars die hier hun weg zoeken. We overleggen voortdurend en intensief met Nederlandse organisaties en beleidsorganen. We bieden zelfs concrete consultancy aan Vlaamse artiesten én Nederlandse huizen. Omwille van die concrete veldkennis vroeg het Vlaams-Nederlands Cultureel Akkoord ons zelfs om mee het beleid in te vullen. Dat zijn geen mooie woorden, dat is keihard werken." Het mooie is: het is nog waar ook.

n Het gebouw van De Brakke Grond in Amsterdam.