Date 2006-06-12

Publication De Morgen

Performance(s)

Artist(s)

Company / Organization

Keywords chinacontemporarynaifotomuseumboijmansurbanusarchitectuurmonsterbureausguldenmondsteden

De consumptierevolutie en haar paradoxen: Expo 'China Contemporary' toont land op drift

De consumptierevolutie en haar paradoxen

Expo 'China Contemporary' toont land op drift

China Contemporary in Rotterdam biedt een momentopname uit een land met twee snelheden.

door Pieter T'Jonck

BRUSSEL l Stel je voor dat we in 25 jaar tijd de sprong meemaakten van het rurale Vlaanderen uit 1800 naar het IT-tijdperk, maar dat kerk en koning het toch nog voor het zeggen hadden. Zo krijg je een vaag idee van het China van vandaag.

"Wie tegenwoordig in Chinese metropolen verblijft, kan zich nauwelijks voorstellen dat die steden vijftien jaar geleden nog aan een strenge staatsgeleide planeconomie gebonden waren. De dynamiek van het kapitalisme is van dien aard dat het lijkt alsof de Chinezen ervoor geschapen zijn, alsof ze het systeem zelf uitgevonden hebben", schrijft curator Jaap Guldenmond in de catalogus van China Contemporary. De cijfers spreken in elk geval boekdelen. In korte tijd werd China de vierde economie ter wereld. In Peking werd in 2005 evenveel gebouwd als in heel Europa samen. In China is een nieuwe klasse van superrijken opgestaan. Steeds meer Chinezen omarmen het nieuwe ideaal van grenzeloze consumptie en een flat in een torengebouw. Geen wonder dat drie instituten, het Nederlands Architectuurinstituut (Nai), het Museum Boijmans Van Beuningen en het Fotomuseum de handen in elkaar moesten slaan voor een momentopname van die maalstroom.

Die nieuwe 'grote sprong voorwaarts' kent niet alleen winnaars. China Contemporary toont niet alleen het succesverhaal, maar focust sterk op het onbehagen en de ontreddering die ermee gepaard gaan. Curator Christine De Baan documenteert in het Fotomuseum de stormachtige ontwikkeling van de nieuwe media. De overheid beseft dat internet onontbeerlijk is voor de economische ontwikkeling van het land, maar ziet met lede ogen aan hoe ongewenste verzuchtingen er de kop opsteken. Haarfijn laat De Baan zien hoe via de consumptie, die in de plaats kwam van de communistische ideologie, toch maatschappijkritiek geventileerd wordt. De vrijheid die op publiek domein verboden blijft, wordt immers bevochten op privédomein. Of beter gezegd via de markt.

De kunst die Jaap Guldenmond verzamelde in Boijmans beweegt zich helemaal op het scherp van de snee. Die kunstenaars registreren immers haarscherp, en soms verbazend agressief, het onbehagen in de nieuwe cultuur dat ook de winnaars van het nieuwe China treft.

Vooral de tentoonstelling in het Nai over architectuur en stedenbouw van curator Linda Vlassenrood demonstreert echter zowel de pracht als de ellende van het nieuwe China. De steden zijn immers ook het toneel van een nieuwe onderklasse die in vrijwel mensonwaardige omstandigheden leeft. De bouwwoede vernietigt ondertussen in hoog tempo de eigenheid van de oude steden. Hoewel de nieuwe architectuur een beeld van het nieuwe China wil uitdragen, blijft ze vaak steken in ondermaatse imitaties van buitenlandse voorbeelden. Het beeld is alles. Dat verklaart het succes van de vele rendering-bureaus, die zich toeleggen op de productie van verbluffende virtuele steden.

Het 'echte' werk wordt vooral waargenomen door een alliantie van monsterbureaus en nieuwe projectontwikkelaars. Die monsterbureaus zijn nog erfgenamen van de planfabrieken die ontstonden tijdens de Culturele Revolutie. Architectuurcultuur werd toen immers een bourgeoisafwijking. Aan 'architectuur' hebben die spelers weinig boodschap, tenzij ze munt kunnen slaan uit een nieuwe stijl. Jonge architecten, die vaak in het buitenland studeerden, roeien met kleine bureaus tegen de stroom op. Ze proberen het eigene van Chinese architectuur te herdenken naar de huidige tijd. Zij leggen daarom veel belangstelling aan de dag voor de bestaande stedelijke context. Tenslotte proberen ze het publieke domein op te waarderen tot meer dan een restgebied tussen de grote nieuwe complexen.

Het curieuze van deze tentoonstelling is dat het getoonde werk van bureaus als FAKE Design, MADA s.p.a.m. of Urbanus een onbetekenende fractie van het Chinese bouwen voorstelt. De scenografie van de Belg Johan De Wachter weerspiegelt die situatie. De vloer van de zaal is verdeeld in een raster van vierkante blokken, tooneilandjes en informatiezuilen met gangpaden ertussen. Die heldere lay-out illustreert de diversiteit aan benaderingen van de architecten. Toch is de eerste indruk er niet een van helderheid, maar eerder van chaotische overdaad. Dat komt doordat 24 reusachtige kokers die uit het plafond neerdalen elk overzicht belemmeren. Ze tonen langs een zijde renderings van het gedroomde China en langs de andere de soms onthutsende realiteit. Die dominante, verstorende beelden zetten al de rest in het juiste perspectief.

> China Contemporary loopt in het Nai en het Fotomuseum tot 3 september, in Boijmans Van Beuningen slechts tot 13 augustus. De (onontbeerlijke) catalogus, uitgegeven door Nai, kost 29,5 euro. Info: www.chinacontemporary.nl

Hoewel de nieuwe architectuur een beeld van het nieuwe China wil uitdragen, blijft ze vaak steken in ondermaatse imitaties van buitenlandse voorbeelden

n Het bureau Urbanus maakte een plan (onder) voor de rehabilitatie van het dichtbevolkte Gangsha (boven) in de stad Shenzhen.

Foto's Urbanus / RV