Archives du Théâtre 140


Péguys Jeanne d'Arc in 'Théâtre 140'



De Standaard

17-11-1963

Toneel te Brussel

Péguys Jeanne d'Arc in „Théâtre 140"

Aan de Plaskylaan 144, te Brussel, werd dinsdagavond een nieuwe schouwburg geopend in een building, die nog niet half af is. Die schouwburg draagt de naam van Théâtre 140, en dat er in de organisatie nog wel iets hapert is begrijpelijk. De vertoning begon met 'n vol uur vertraging, de pauzes duurden te lang (er bleek tussendoor nog een en ander in orde te brengen), en pas om kwart vóór één 's nachts, was alles afgelopen.

Wij hebben ons niettemin die avond niet beklaagd, want de opvoering van het jeugdwerk van Charles Péguy, Jeanne d'Arc, in drie bedrijven van tezamen tien taferelen, was iets puiks. Het stuk zelf, dat sterk besnoeid werd opgevoerd, is meer een lyrisch-dramatisch gedicht dan een eigenlijk toneelspel, maar toch zijn er momenten van intense tragiek : zo in het eerste bedrijf, waar Jeanne haar « stemmen » heeft vernomen en zij, tenger meisje, het besluit neemt de rol van « krijgsheer » te aanvaarden, haar door haar ingeving opgelegd. De hele passus is gewoon subliem. Ongetwijfeld was de grootsheid van dit toneel vooral ook te danken aan de onvergelijkelijke vertolking van iemand als Denise Bosc die Péguy's lyrische dramatiek op volmaakte wijze wist te spelen en te « zeggen » : zelden hoorden wij verzen natuurlijker voorgedragen worden dan door haar, zonder dat ze ophielden verzen te zijn. Is het eerste bedrijf ongetwijfeld het beste, dramatische toppunten zijn nog de lange vermaledijdingen van Maître Guillaume Evrard tegen de ten gronde liggende, als ketterin veroordeelde Jeanne, alsmede de klachten van de jonge heldin in de gevangenis. De dialogen zijn trouwens haast onafgebroken substantieel en verheven, verbazend vanwege de jonge man van tweeëntwintig jaar. Veel van de latere Péguy is reeds in dit jeugdwerk te vinden, speciaal die neiging tot litanie-achtige herhaling van woorden en verzen, zij het met steeds andere varianten, welke zo typisch zou zijn voor Péguy's poëzie. Misschien juist dank zij de aangebrachte coupures maakt dit jeugdwerk een diepe indruk, temeer daar men weet dat praktisch niets van wat op de planken vertoond wordt, niet absoluut historisch is. Tegen een Japanner, die vermoedelijk niet veel van Frankrijks geschiedenis afwist, hoorden wij, tijdens de eerste pauze in de wandelgangen iemand zeggen : « Et figurez-vous, elle a effectivement chassé les Anglais de France. N'est-ce pas curieux? » Inderdaad, vanwege een jong meisje is een dergelijke daad gewoon een mirakel. Nu is de ketterin van Rouaan dan ook een heilige.

Dit stuk werd opgevoerd door de Compagnie Robert Mercy, op officieel toernee in ons land, onder de auspiciën van de « Association française d'Action artistique ». Een onberispelijke vertoning, waar niettegenstaande de uitgebreide rolbezetting, niet één akteur te wensen overliet. Er was een luidruchtig applaus vanwege het zeer talrijk publiek, inzonderheid voor Denise Bosc, die de figuur van Jeanne d'Arc méér dan vertolkte, ja a.h.w. beleefde.

U.V.

Auteur U.V.

Publication De Standaard

Performance(s) Jeanne d'Arc

Date(s) du 1963-11-12 au 1963-11-14

Artiste(s) Denise BoscCharles Péguy

Compagnie / Organisation Compagnie Robert Marcy