Archives du Théâtre 140


Uniek experiment in ons land:Nino de Flandes evoceert 'Goede Week' door flamenco



De Standaard

23-3-1967

Uniek experiment in ons land

Nino de Flandes evoceert 'Goede Week' door flamenco

Nino de Flandes, de befaamde Vlaamse flamenco-danser is maandagavond aan de dood ontsnapt toen zijn wagen werd gevat door een auto die hem van links aanreed, tegen een snelheid van meer dan 100 km./u. Dit gebeurde in het Brusselse stadscentrum. Zijn wagen is volkomen vernield.

Het was een weinig na middernacht dat hij, na zijn optreden in het theater zijn gitarist Ricardo Velez naar huis bracht en het ongeval hem overkwam. Dinsdagavond stond hij, niettegenstaande pijnen en kneuzingen in schouders en benen, weer op de planken in het Teater 140 en bracht een opvoering die tot de meest hoogstaande uit zijn loopbaan kan gerekend worden.

Indrukwekkend

Voor de eerste maal heeft een groep het aangedurfd, buiten Spanje de « Semana Santa » (Goede Week) op flamenco-manier in beeld te brengen. Wanneer aan Spaanse artiesten werd gevraagd een dergelijk schouwspel te organizeren, weigerden ze omdat volgens Spaanse mentaliteit honderden figuranten nodig zijn.

Nino de Flandes heeft de Goede Week geëvoceerd met vijf personen : één vrouw en vier mannen. Het zijn de zangeres, Concha Vazquez, de zangers Nino de la Puebla en El Rociero, de gitarist Ricardo Velez en de danser Nino de Flandes. Het is een der meest prangende, meest indrukwekkende religieuze evokaties die de laatste jaren in België te zien waren.

Het geheel heeft niets dat beneden peil is, men krijgt uitsluitend zuivere flamenco, de ernstige « cante jondo » die een zeldzaamheid geworden is en die zelfs in Spanje bijna niet meer te vinden is. De Goede Week in Sevilla is geëvolueerd tot een op toeristen ingesteld spektakel. Nino de Flandes maakte van zijn « Semana Santa in Sevilla » een meesterstuk waarbij geput werd uit de oervormen van de zigeunermuziek: de Saetas (religieuze zangen zonder begeleiding tijdens de processie), de Martinetes (zangen der arbeiders begeleid met hamers op aambeelden) en Siguiriyas (flamencozang met liturgische en oosterse inslag die steeds droevig is.

Spanning

Ruim veertig minuten (het tweede gedeelte van een programma dat de Goede Week als vertrekpunt heeft) houdt Nino de Flandes, die de regie voerde, het publiek in zijn ban. In ademloze stilte begint de gitaar met een droevige zang. In het decor van een bouwwerf en steeds zeer sober om het religieuze tot zijn volste recht te laten komen, wordt stilaan een climax bereikt.

Tijdens een der dansen van Nino de Flandes werd de innerlijke spanning zo ten top gedreven, dat het publiek zonder aanleiding in applaus losbarstte.

De gevoeligheid van de gitarist doet denken aan zijn grote leermeester Cascabel de Jerez. Kenners zijn van mening dat Ricardo Velez eens de waardige opvolger van Cascabel zal zijn.

De zanger Nino de la Puebla treedt reeds verschillende jaren op bij « Arte Flamenco » en heeft een stemkwaliteit en een timbre die helemaal buiten de gewone normen vallen. De laatste, schrijnende zang is aan hem voorbehouden en men krijgt er kou in de rug van.

El Rociero is nieuw bij Nino de Flandes, maar heeft reeds een degelijke faam als zanger achter de rug. Hij kon alle overbodige versieringen van de zang onderdrukken en wist zich aan de grote soberheid van het spektakel aan te passen.

Concha Vazquez ten slotte, is nog jong doch treft reeds het zeer pijnlijke gevoel van de Saeta en houdt veel belofte in voor de toekomst.

Vrijdag is de laatste vertoning in Teater 140 en zaterdag wordt in de Kursaal te Oostende een volledig programma « Arte Flamenco » gebracht, waarin het gedeelte « Semana Santa » is opgenomen.

G.K.

Auteur G.K.

Publication De Standaard

Performance(s) La Parole / La Semaine Sainte à Séville

Date(s) du 1967-03-16 au 1967-03-25

Artiste(s) Nino de FlandesJoseph Burlon

Compagnie / Organisation