Het Volk
12-12-1969
"Living Theatre" in "Paradise now"
Een onsmakelijke vertoning
Zalvend en geruststellend en anti-gewelddadig, met een zachte uitdrukking als van een miskend profeet had Julian Beck, bijgestaan door zijn spichtige echtgenote Judith Malina, ons verzekerd tijdens een te voren belegde persconferentie, dat er niets aanstootgevends was aan de voorstelling van « Paradise now » en dat het alleen een bewijs was van het ongenoegen vanwege de Romeinse, Milanese en Turijnse overheden, dat de groep « Living Theatre » uit Italië was gezet. In Brussel valt niets te vrezen — aldus Julian Beck — want Brussel is een burgerlijke stad ».
Ook Jo Dekmine, de directeur van het « Théâtre 140 » verwachtte geenszins ongeregeldheden of schandalen.
Enkele dagen geleden hadden er in Leuven toch een paar incidenten plaats, maar of die hun oorsprong hebben gehad in de « verontwaardiging » van het in hoofdzaak uit studenten bestaande publiek, valt nog te betwijfelen. De examens liggen immers nog in een ver verschiet en de studenten houden nu eenmaal van een verzetje en ook wel van wat herrie. En het was weer eens een van die zeldzame gevallen dat Vlamingen en Walen te Leuven aan hetzelfde touw konden trekken.
Maar dit alles bracht dan woensdagavond een werkelijke overrompeling mee van de zaal aan de Eugène Plaskylaan te Schaarbeek. Er waren talrijke groepen studenten van overal met autobussen en met personenwagens, er waren theatermensen en theatercritici, de T.V. liep er rond met al haar materiaal en trachtte er echo's op te vangen van gesprekken en maakte opnamen van de (weinig opwindende) scènes, en... er stond, zoals steeds wanneer het « Living Theatre » wordt aangekondigd, een goed dozijn Schaarbeekse politie-
agenten verdekt opgesteld achter het gebouw. Je weet immers nooit...
Aanvankelijk was de hoofdagent onverbiddelijk streng. Niemand in de gangen, geen rechtstaanders, geen stoelen bijzetten, want... in geval van brand, enz.
Verontwaardiging bij een goede honderd kijklustigen die geen plaatsje konden bemachtigen. Een zenuwachtige directie, die kwaad werd op de politie. In de Kon. Muntschouwburg mocht dat wél, en ook in het Kon. Circus en in de grote tent die Maurice Béjart op de Grote Markt heeft opgebouwd voor zijn spektakel « De vier heemskinderen ».
« Maar dat is Brussel — replikeerde de hoofdagent — we zijn hier in Schaarbeek. » « Dan zijn de politie-verantwoordelijken hier achterlijke lui », was het antwoord. « Wij hebben onze instructies », zei de hoofdagent.
Maar eindelijk toonde hij zich inschikkelijk en werd de zaal in alle hoeken en gaten met bezoekers gevuld. Wij kregen een plaatsje op de scène zelf en we konden dus de dames en heren van het « Living Theatre » goed in ogenschouw nemen. Geen verkwikkend schouwspel. Daarbij zijn deze stedelingen helemaal niet mooi. Magere lijven, lijkblank, want het is winter en we zijn hier niet aan het strand. August Vermeylen had gelijk, zo dachten wij : « Mensen zijn lelijk, met hun lijf mismaakt ».
Het eerste half uur werd getracht de bomvolle zaal op temperatuur te brengen. De dames en heren wandelden door de zaal en kropen tussen de rijen stoelen en riepen daarbij slogans, zoals : « Wij hebben het recht niet te reizen zonder paspoort », « Zonder geld kun je niets doen », « Men verbiedt ons hasiesj te gebruiken », « Werken voor het plezier van het werk en niet om geld te verdienen », « Opheffing van het gebruik van geweld », « Weest anarchist, helpt ons ». Telkens werden deze kreten met stemverheffing uitgesproken en ten slotte gegild. « We hebben niet het recht ons te ontkleden », werd er geroepen... maar, ze deden het toch, op een bustehouder en een slipje na. En weer dat hysterisch gegil.
En het spel begon op de scène. Drieëntwintig quasi naaktlopers. Mannen en vrouwen. Lelijke mensen. Het spel? Wat geschuifel en getrappel en gerol over de vloer, en een soort van mislukte circus-pyramide bouwen met lelijke menselijke lichamen.
Maar er kwam weinig reactie in de zaal. De Brusselaar laat immers betijen. De dames en heren begonnen over de kapitalistische maatschappij en over de bourgeoisie te roepen. Geen reactie, of amper. Allemaal bourgeois in de zaal...
« Waarom beweegt er niemand in de zaal? U bent onnozelaars ». Kennelijk wilde het « Living Theatre » het publiek provoceren, maar het was boter aan de galg. Eindelijk stond een moedige jonge vrouw op, die het toch allemaal wat te gortig begon te vinden en ze wees de mensen van het « Living Theatre » op het dwaze van hun gedrag. Julian Beck had soms een mager succes met zijn rake replieken, die hij waarschijnlijk overal gebruikt. Ook de Vlaamse actrice Els Cornelissen plaatste een hartig woordje (in het Engels) maar ze noemde Julian Beck « minister Beckett ». « Wat komen jullie hier eigenlijk doen in een zaal vol bourgeois? Ga liever naar het volk toe ». Ook acteur en schilder Jan Peirée (RITSC) vond het welletjes en sprak van een gesprek van doven.
Maar van het verwachte geharrewar kwam er ten slotte niets. Tegen half twaalf begon men de zaal te ontruimen en de aanhangers van het « Living Theatre » bevonden zich meestal op de scène tussen de naakte acteurs en de actrices. Viezig schouwspel. Buiten stond een groepje verkleumde Schaarbeekse politie-agenten... Een domme, verloren avond... Waar blijven de kunst en de cultuur?
L.P.
Auteur Leo Persyn
Publication Het Volk
Performance(s) Paradise Now
Date(s) du 1969-12-10 au 1969-12-13
Artiste(s)
Compagnie / Organisation The Living Theatre