Nestor de Tière

A. Gille, 1921-03


Source

Tooneelgids, 1921-03-00 pp. 33-36


Items that may be related to this text • More...

  1. ◼◻◻◻◻ A. Gille: Lodewijk Scheltjens... 1923-01
  2. ◼◻◻◻◻ Anon.: Opening van den Koni... 1920-11-01
  3. ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: NESTOR DE TIERE... 1920-09-30
  4. ◼◻◻◻◻ Anon.: Vlaamsche Opera te A... 1921-11-03

Nestor de Tière

Nestor Jan Baptist de Tière werd geboren te Eine in Oost-Vlaanderen den 6 Augustus 1856. Zijn ouders waren zeer eenvoudige, doorbrave lui uit de kleine burgerij : zijn vader was schrijnwerker van beroep en zijn moeder hield zich tijdens de vrije uren, die de huishouding haar liet, graag bezig met lezen en er wordt beweerd zelfs, dat zij een gezonden blik had op de nationale letterkunde van haren tijd en daarbij een warm kunsttemperament.

Toen de Tière acht jaar oud was trok hij met zijn ouders naar Aalst en later naar Gent, waar hij studeerde aan het Atheneum.

In zijn prilste jeugd was de jonge Nestor vijand van wetenschap en schoolgaan : vrij slenteren langs weide en veld, droomen langs de boorden der bochtige Schelde, kattekwaad uitrichten in bosschen en boomgaarden, dat waren zijn liefhebberijtjes; doch tevens had hij van zijne moeder geërfd de zucht naar lectuur. Al wat hem te huis onder de handen viel, las en herlas hij.

Nog jong zijnde voelde hij reeds in zich den drang tot schrijven; op achttienjarigen ouderdom was hij reeds een der ijverigste leden der Gentsche afdeeling van 't Willemsfonds, en liet hij in menig Vlaamsch tijdschrift liederen en versjes verschijnen waarvan sommigen door Julius Vander Meulen en Karel Miry op muziek werden gesteld.

Deze eerste verzen, meestal erg sentimenteele kleinigheden, doen denken aan Loveling, hier en daar echter straalt reeds persoonlijkheid door, vooral gekenmerkt door een scherpe ironie en een donkere zwartgalligheid.

Eens de schoolbanken ontloopen werd hij notarisklerk en knoopte kennis aan met August Hendrickx, die hem waarschijnlijk den blik deed richten naar het tooneel; want samen met hem schreef hij Roosje van den veldwachter.

In 1880 vinden wij den vier en twintigjarigen de Tière te Brussel, waar hij een betrekking had bekomen aan het ministerie van Spoorwegen.

Nu gaf hij zich gansch en voor goed aan het tooneel en op dit gebied is de vruchtbaarheid van zijn talent waarlijk verbazend. Om u daarvan te overtuigen is het voldoende den catalogus der firma janssens te doorbladeren : telken jare had de jonge schrijver wat nieuws.

Wij willen eenige zijner werken opsommen die ons terloops in 't geheugen komen en die wij allen zagen opvoeren in de gemeenten uit onze omgeving : Roosje van den veldwachter, Vorstenplicht, Raymond van Alten, Het rouwkleed, Bloemeken, Bon papa, Elza, Liefdevonkjes, Hermina, Moederhart, De wolvin van het zwarte woud, Honger, De stoel van Napoleon, Grolpoi, Een spiegel, Liefdedrift, Roze Kate, Wilde Lea, Eene misdadige.

Als laatste werken van de Tière stippen wij nog aan : Pietje, Op de vroegmarkt, 't Was op eersten Januari, Het allerlaagste, God zegent de wapens.

Tusschen die opgesomde reeks blinkt vooral uit : 1° Een spiegel, komedie in drie bedrijven, waarmee de schrijver den driejaarlijkschen prijs voor tooneelletterkunde verwierf, dat te Berlijn herhaaldelijk werd opgevoerd en ook een Engelsche vertaling kreeg.

2° Roze Kate, drama in vijf bedrijven, voor het eerst opgevoerd op I October 1893 in den Vlaamschen Schouwburg te Brussel en dat vandaar uitreisde naar al de ondersteunde schouwburgen van Noord- en Zuid-Nederland en ook in de kleinste gemeenten met overgrooten bijval werd gespeeld en herspeeld. Dit is een echt volksstuk met krachtig gebouwde en diep ingrijpende tooneelen, dat ook in Engeland verscheidene weken voor het voetlicht bleef.

Wanneer we vijf en twintig jaar terug denken dan durven we verklaren, dat de Tière om zoo te zeggen alleen stond met Scheltjens, Roeland en enkele anderen om het repertorium onzer tooneelkringen te verrijken met oorspronkelijke werken en dat zij het waren, die stilaan den oorlog aangingen tegen den uitheemschen drakenrommel die onze kringen terneer drukte. Zij waren 't die daardoor onze tooneelliteratuur verjongden. Voor vijf en twintig jaar keken bij den aanvang

van elk tooneelseizoen onze rederijkers uit naar een of ander nieuw werk van den gevierden volksschrijver en zelden werden zij in hun verwachting bedrogen.

Nog een woordje over de Tière's werk in 't algemeen.

Wat Conscience, Sleeckx en Snieders waren als volksvertellers, was de Tière voor het tooneel. Het Vlaamsche volksleven, in de volle uiting van zijn drift, gaf ons de Tière met een ontembare, meestal woeste kracht, die weieens zeer kiesche gemoederen schokte. -- Om verouderde vormen en gebruiken bekreunde hij zich bitter weinig : uitbeelden wat hij rondom zich bemerkte, napraten wat hij bij zijn volk hoorde, weergeven wat de menschen die naast hem leefden, voelden in volle intimiteit was zijn eenige bekommering, zijn waar doel -- en zoo bereikte hij op het tooneel een zeer bewogen spel, vol kleur en dramatische kracht, voor ieder genietbaar en diep ingrijpend in het volksgemoed, dat alhoewel het niet altijd met kieschheid gebeurde, toch steeds het kenmerk droeg van rechtzinnigheid. Ongetwijfeld kunnen in zijn werk zekere technische zwakten aangewezen worden -- bij wie kan dat niet -- maar over het algemeen was de bouw zijner stukken stevig en kan hij menigen schrijver van onzen tijd nog wel tot toonbeeld aangewezen worden.

de Tière was hier te lande de baanbreker op het tooneel der realistische school en menig schrijver is na hem de poort doorgestapt die hij eens met kracht en durf had opengestooten.

Ook wist de schrijver dat er verschil liggen moet tusschen boekentaal en tooneeltaal. Lees zijn dialogen, hoe vloeiend, hoe kernachtig, hoe door en door volksch! Hij zuiverde en kuischte wat hij uit den mond van ons Vlaamsch volk hoorde, en juist omdat hij zijn kunst zocht bij dit zijn volk, werd hij erdoor zoowel begrepen en ging van zijn werk die heilzame barnkracht uit, die hem door zijn volk deed liefhebben en die de kringen onzer buitengemeenten nader heeft gebracht tot de betrachting van gezonde en echte kunst.

En nochtans werden de Tière's werken weinig door onze katholieke tooneelkringen gespeeld. Waaraan zulks te wijten ? Waren zij onzedelijk ? -- Verre van daar. In hun einddoel was steeds het laatste woord aan eer en deugd en het goede werd er steeds in betracht; doch de uitbeelding van het woelige leven met zijn walgelijke en lage driften is soms zoo ruw, om niet te zeggen brutaal, dat zij voor de jeugd weinig stichtend is; zijn taal is vaak zoo ongekookt dat zij reine ooren tuiten doet.

Daardoor mist veelal het werk van dezen tooneelschrijver de noodige kieschheid en de gewenschte stichtende waarde, die wij katholieken te recht van een tooneelwerk vergen.

Ook als operadichter ging de Tière gansch nieuwe wegen op. Hierover schreef hij als voorrede van De bruid der zee.

In « Herbergprinses » -- al werd hier en daar, voor liederen, koren en zekere scène-gedeelten het rijm aangewend -- is, over 't geheel, tot soberder weergeven van de gedachten, bitter weinig geofferd aan den eigenlijken versvorm. De versvorm beperkt er zich in tot opeenvolging van rythmische zinnen, noch min of meer. Tal van onze zoo hoogstaande critici merken dat niet eens, en wezen op mangel aan mooie verzen.

Liefhebbers van mooie verzen zoeken die ook niet in De bruid der zee.

De componist kan het best « mooie verzen » derven. Wat hij behoeft is, in eenige trekken, voldoende natuurware teekening van karakters; kernachtige samenvatting der toestanden; vlugge ontwikkeling der dramatische actie; snelle afwisseling van gevoelens en gedachten; kortom : machtig veel kleurschakeering, doch... alles vol soberheid.

Soberheid, soberheid, immer : soberheid!

Geen uitgewerkt drama vraagt de componist; hij vraagt alleen een stevig « dramageraamte ». Vaak wordt uit het oog verloren dat de componist den tekst moet volgen, woord na woord, zin na zin; dat alle nuttelooze détails, -- alle stopwoorden ter wille van 't rijm of ter wille van 't volhouden dezer of gener verssoort, -- alle schoone fiorituren, hoe krachtig getuigend van uiterst poëtisch kantwerkkunst met de pen, -- alle, zelfs heerlijkste zangen die der actie niets bijbrengen, enkel den toondichter verlammen, en hem doen slenteren in de muzikale uitdrukking van het ensemble. »

Ziedaar hoe de Tière zich een operatekst voorstelt en wat hij zich, bij dit gedeelte van zijn letterkundig werk, als doel voorstelde : geen mooie verzen, eenige rythmische zinnen, een dramageraamte, soberheid in woorden, rijkdom in actie.

« Men kan nu het niet geheel en al eens zijn met de Tière », schrijft Bruylants, « waar hij den vorm al te zeer verwaarloost en in een plat proza vervalt, terwijl een meer gepolijst en zangerig vers toch niet schaden zou aan de kernachtige samenvatting der toestanden, -- maar dat moet men bekennen dat hij in Herbergprinses een model van bouw voor een opera heeft geschapen en zijn libretto torenhoog uitsteekt boven de lamme operateksten door onze dichters tot heden geleverd, waarin zeer mooie verzen te vinden zijn, maar gebrek aan handeling en aan soberheid het werk ongeschikt maken voor het tooneel, waar het alleen recht blijft door de waarde der muziek, laat me zeggen den goeden wil der muziekliefhebbers... »

de Tière schreef voor het zangtooneel : Herberprinses in vier tafereelen, De bruid der zee, in drie bedrijven, die beide de ronde deden van de Europeesche schouwburgen, Baldi, in vier bedrijven, De kapel, in één bedrijf.

de Tière neemt terecht een eereplaats in tusschen onze Vlaamsche kunstenaars en hij heeft recht op de liefde en erkentelijkheid van zijn volk.

A. GILLE.


Items that may be related to this text

  1. ◼◻◻◻◻ A. Gille: Lodewijk Scheltjens... 1923-01
    schrijver • Lodewijk Scheltjens • volk • Hendrik Conscience • (author) A. Gille • Nestor de Tière • werken
  2. ◼◻◻◻◻ Anon.: Opening van den Koni... 1920-11-01
    Roze Kate • Nestor de Tière • roze kate • Wilde Lea • Koninklijke Vlaamsche Schouwburg, Brussel
  3. ◼◻◻◻◻ Karel Van de Woestijne: NESTOR DE TIERE... 1920-09-30
    Roze Kate • Nestor de Tière • tière • roze kate • Wilde Lea
  4. ◼◻◻◻◻ Anon.: Vlaamsche Opera te A... 1921-11-03
    (date-year) 1921 • Herbergprinses • De bruid der Zee • Het rouwkleed • Nestor de Tière