Archief Etcetera


Smits, virtuositeit, hiphop, politiek en de hedendaagse dans



Smits, virtuositeit, hiphop, politiek en de hedendaagse dans

Choreograaf Alexander Baervoets reageert op de twee bijdragen over dans in Etcetera 63

Toevallig of niet stonden in de laatste Etcetera twee stukken die de hedendaagse dans onder vuur nemen: één vanuit een behoudende invalshoek (Thierry Smits), de andere vanuit de hiphoprage die met vertraging in België is komen aanwaaien. In beide teksten wordt gesproken over een malaise binnen de hedendaagse dans en wordt daar de vitaliteit van een andere dansvorm tegenover gesteld.

Het is vermoeiend te moeten vaststellen dat de hedendaagse dans zich nog steeds dient te rechtvaardigen. Smits bij voorbeeld stelt wel dat iedere dans vanuit zijn eigen wetmatigheden moet worden bekeken en begrepen - hij gebruikt hiervoor de nogal lelijke term 'auto-normativiteit' - maar gaat onmiddellijk de hedendaagse dans te lijf met argumenten die passen in het kader van zijn werk ('Dans is meer dan zoeken naar nieuwe dansidiomen'; 'Kunst moet artificieel zijn'; 'de flou van de hedendaagse dans'). Eigenlijk is dit niets meer dan een elementaire denkfout en behoeft het geen verder commentaar: je kan niet stellen dat ieder werk zijn eigen criteria behoeft en dan de opponent te lijf gaan met jouw criteria.

Wat is de relevantie van de dans? Smits vernauwt die nogal tot techniek, tot beheersing en virtuositeit. Dat treft, want ik ben nu al enkele jaren gefascineerd door die virtuositeit. Laat ik u eerst de analyse van het klassiek ballet meegeven waarbij die kunstvorm wordt belicht vanuit het lijden en meer bepaald vanuit het 'martelaarschap' van de danser. In het klassiek ballet staat de danser steeds centraal (letterlijk en figuurlijk, nu ik eraan denk). De prima ballerina treedt - schrijdt! - naar voor, opent naar tweede, draait naar vierde, knikt even in de knieën en - hop - daar zwaait ze om haar as - fouetté - en nog één, en nog één... Het publiek kijkt ademloos toe. Strekt ze haar benen of is ze slordig? Haalt ze de zestien? Wankelt of valt ze? Kan ze mooi eindigen? Haalt ze het, dan krijgt ze een ovatie... De danseres voltrekt een ritueel dat, als ze dit tot een goed einde brengt, de bevrijding betekent voor alle deelgenoten. Tussen haar en het publiek ontstaat een bezwerende band: zij is het lenteoffer, het publiek de offerplenger.

De maatschappelijke relevantie ligt voor de hand, maar wat is de artistieke relevantie van deze daad? Het gaat om een ambachtelijk kunnen en wellicht om een politieke daad (de bevestiging van de maatschappelijke orde, van een ideologie, bvb. tsaristisch Rusland). De prioriteit is eerder ethisch dan esthetisch.

In het slopen van de barrières tussen danser en publiek, in een poging om de mensen de dans in een soort van onbevlekte staat te tonen ben ik de virtuositeit gaan bevragen. Ik doe dit niet door met amateurs te werken of met mensen uit een andere discipline, neen, mijn dansers moeten over een voldoende technische bagage beschikken en over de moed om die kennis, dat hele kunnen los te laten, soms zelfs overboord te gooien. Zo vraag ik de dansers om uit evenwicht te gaan of om een improvisatie (trachten) na te volgen.

De bedoeling hiervan ligt in het herontdekken van de essentie van het bewegen: zitten - zit! staan - sta! lopen - loop dan toch!... Ik wil dat de dans terug herkenbaar wordt. (Ik denk hier terug aan een kort tekstje van de Amerikaanse critica Jill Johnston: 'No plots or pretensions. People running. Hurray for people'). Misschien is mijn weg in essentie ook politiek in mijn wil om de dans terug aan de mensen te schenken en omdat ik mensen wil overtuigen van mijn visie op dans. In deze denkwijze hoeft de dans niet virtuoos te zijn. Dans is een boom in de wind, vallen in je droom, draaien tot je dronken wordt. Ik wil dat we met zijn allen terug zelf gaan dansen of minstens het bewegen opnieuw ervaren.

Smits staat hier ver van af. Ik gun hem het succes dat hij nastreeft, maar waarom geeft hij af op hen die onder de bovenlaag willen krabben, die niet zomaar tevreden zijn met in de sporen van de traditie te lopen, die menen dat de dans zich moet blijven ontwikkelen - immer fort, immer fort, want er bestaat slechts heden-

Volledig artikel als PDF

Auteur Alexander Baervoets

Publicatie Etcetera, 1998-06, jaargang 16, nummer 64, p. 56-57

Trefwoorden smitsdansvirtuositeitrelevantiebehoefthedendaagsefortimmerdanser

Namen Alexander BaervoetsAmerikaanseBelgiëEtceteraJill JohnstonKunstRuslandThierry Smits


Development and design by LETTERWERK