De staart van de ajuin
De staart van de ajuin
Hendrickx &
I Van zodra wij blijgemutst dit heuglijke nieuws met vrienden en collega's deelden, trokken deze stuk voor stuk bleek weg en vroegen ons voorzichtig: Zoudt ge dat wel doen?
II Er was dus blijkbaar, om het met een vuil zinnetje te zeggen, stront aan de knikker.
I
II Namelijk een jaarlijkse toespraak gegeven door een of andere theaterpersoonlijkheid die dan een persoonlijke balans opmaakt van het huidige theaterlandschap. Allemaal zeer goed, theaterpersoonlijkheid, jaja...
(beide) Mhh
I Wat staan wij hier dan te doen, vraagt u zich nu misschien af. Wel die vraag heeft ons ook enkele slapeloze nachten bezorgd. Waarover kunnen wij het hebben?
II Wel,
I We zouden een boom kunnen opzetten over het ontbinden van de subsidiecommisie.
II Nee...
I We zouden een boompje kunnen doorzagen over de herverdeling van de subsidiegelden. II Pfff...
I We zouden een heel bos kunnen ontginnen over de alles overheersende macht van grote toneelkastelen en de overlevingsstrijd van de kleine toneel-vzw's.
II Mmmmnnee...
I We zouden een tandenstoker uit een boom kunnen hakken over het zogezegde gebrek aan engagement, al dan niet politiek, bij jonge theatermakers, II Dacht het niet.
I En dat het vroeger...
Ja vroeger, vroeger, vroeger
allemaal toch wel moeilijker ging, maar het
was wel beter!!
II Moeilijker en beter. Vreemde contradictie.
I RAAR!
II We zouden nog een regenwoud kunnen platbranden over het moeizaam opstarten van multiculturele projecten.
I
li We zouden een kettingzaag in gang kunnen
trekken over hoe snel het nu toch allemaal gaat. Sneller, nieuwer en beter, en ligt uw dossier voor 2004 al klaar?
I Zot!
II We zouden ook nog een klein lief jong boompje met frisse groene blaadjes kunnen vermorzelen over het feit dat theater voor jan en alleman moet zijn en niet alleen voor een intellectuele incrowd.
I Da's waar...
hetzelfde kamp zit, wordt ons blijkbaar op de een of andere manier het licht in de ogen niet gegund. En worden we teruggefloten, op de vingers getikt... Wordt ons vrijblijvendheid verweten. Moeten wij zogezegd eerst alles afbreken om het daarna terug op te bouwen!!
I De funderingen liggen er toch.
II Maar wij gaan dat niet doen, want
I
II En wij zouden van deze gelegenheid gebruik willen maken om langs deze weg een heleboel mensen te bedanken voor de erfenis die ons als het ware in de schoot is geworpen. I Dank u, dank u, dank u, en nog eens dank u. li Onze mogelijkheden zijn onbegrensd.
I Wij zijn de koning te rijk en wij hebben geen reden tot klagen, li De kansen die wij nu krijgen en creëren waren een paar jaar geleden nog ondenkbaar. En dat is er niet zomaar gekomen.
I Daar is inderdaad voor op barricades geklommen en ja, daar is voor gestreden. Daar is voor gevochten en gezwoegd.
II
I En daar plukken wij nu de vruchten van.
II Dat realiseren wij ons allemaal maar al te goed.
I Een aanklacht? Nee, eerder een oproep. Een pleidooi, een ldeintje dan, een pleidooi voor eerlijkheid en oprechtheid.
II Want waar wij, 'pardon my
I is de gigantische ballast van afgunst, achterklap, naijver en geniepige concurrentie die als een smerige, venijnige parasiet van binnenuit alles verziekt en niet ter zake doet, alleen maar afleidt, vertraagt en verstikt.
lI Beste vrienden,
I Bedankt voor 't komen, wij wensen u een vruchtbaar en aangenaam festival toe.
II Moge de beste winnen!!
I
li
I Wel, de
II Want hoewel deze 'nieuwe generatie' in
De funderingen liggen er toch.
etcetera 78 Q©t§
9
Auteur Adriaan Van den Hoof, Wouter Hendrickx
Publicatie Etcetera, 2001-10, jaargang 19, nummer 78, p. 9
Trefwoorden boompje • zouden • funderingen • ridicuul • revolutie • dank • theaterpersoonlijkheid
Namen Bloed • Bond van Oudstrijders • De State of the Union • French • Haute Coiffure • II Bon • Joepiejee • Mja-a-a • Van den Hoof • WIJ • Waarom
Development and design by LETTERWERK