Date 1989-03-22

Publication De Standaad

Performance(s) Ward Comblez - he do the life in different voices

Artist(s)

Company / Organization

Keywords comblezwardneergestrekenpauwsomzwervingendorpgesprekjesdiapaneelverrtellerpapierflarden

"Ward Comblez" door Josse de Pauw

BRUSSEL -- Voor de tweede maal dit seizoen brengt Kaaitheater een solo-voorstelling. Misschien heeft het iets te maken met de nauwe financiële schoentjes waarin Kaai geprangd zit, maar het leverde in elk geval pareltjes van voorstellingen op.

In Ward Comblez -- he do the life in different voices gooit Josse de Pauw zijn hart voor de voeten van de toeschouwers en maakt daarmee een vage onrust los, niet ongelijk aan de zijne. Een akteren waar de verrteller door zijn precisie het denken bij de kijker een voetje voor blijft versus een akteren dat met zijn overrompelende emotionaliteit je ertoe dwingt de gapende leegtes tussen onsamenhangende flarden tekst zelf in te vullen.

Want wat niet gezegd wordt, wordt gesuggereerd door de autenticiteit in De Pauws aanwezigheid en spreken. Het heimwee naar een rust- of eindpunt drijft hem tot steeds weer nieuwe reizen. Zijn relaas begint al met een breekpunt: het vertrek van een vrouw, "ze", die hem vraagt waarom hij toch naar al die vreemde plaatsen wil. Die korte gesprekjes met een "ze" komen steeds weer terug, op onverwachte momenten, als hij weer is neergestreken in Beni-Yeni, Curaçao of Kreta, als in een schok van verbijstering.

Het antwoord geeft hij nooit, maar het is "aanwezig" in zijn verhalen over de mensen en de gebeurtenissen in de plaatsen die hij aandoet. Je kan er iets in proeven van een soort gegeneerd geluk, alsof hij tegelijk zeer gelukkig is met wat hem overkomt, maar ook niet goed weet wat met dat geluk aan te vangen. En als hij al eens nergens is neergestreken, en rust gevonden heeft voor even, wil of moet hij dan ook al gauw weer weg, weer de woestijn in.

In het Kreta-verhaal, een van de meest ontroerende fragmenten, huist hij in een piepklein dorp bij een ezeldrijver en zijn vrouw, van wie de kinderen het eiland verlaten hebben. Als de man ziek wordt, neemt hij het werk over. Het verhaal begint met het plots half-dood neervallen van de muilezel onderweg op een steile bergflank. Op gevaar van zijn eigen leven stormt hij naar het dorp om alarm te slaan, tevergeefs. Als de vrouw hem 's avonds vraagt te gaan, is hij weer op weg voor doelloze omzwervingen. Er volgt een chaos van impressies tijdens een ellendige busreis.

Het verhaal wordt telkens weer onderbroken door een gedicht van T.S. Elliot uit The waste land: "What the thunder did". Het roept de verstikkende droogte van een rotswoestenij op. Het verlangen naar water klinkt er als een wanhopige schreeuw uit op. Dat sluit perfekt aan bij Ward Comblez' (De Pauws alter ego) omzwervingen. Als kontrapunt fungeert de decorinstallatie van Franky Deconinck: een groot diapaneel met een toerismefolderachtig landschap met bossen en een waterval, een aards paradijs in vierkleurendruk. Opzij van de scène staat dat paneel nog eens in het klein, ingepakt in bruin papier.

Tussen zijn monologen door, in onderhemd en met verwarde haren, gaat De Pauw soms bij dat schermpje zitten, en steekt het lampje aan, zodat het beeld oplicht tussen de papierflarden. Starend naar een onbereikbaar droombeeld.

Tot en met 25 maart te zien in de Beursschouwburg te Brussel, telkens om 20 u 30.