Het verschrikkelijke hart van de stilte: 4.48 psychose (Claude Régy / ateliers contemporains en
4.48 psychose (Claude Régy / ateliers contemporains en
Het verschrikkelijke hart van de stilte
Eerst is er donderslag. Dan gaat het licht op. Vooraan, in het midden van het toneel, staat een vrouw. Een felblauw
Zo begint de opvoering van 4.48 Psychose, een tekst geschreven door
Kane heeft een poging ondernomen om haar eigen uitzichtloze situatie in een theatrale vorm te gieten. Haar tekst is een schreeuw oin liefde of contact, maar beide blijven fataal uit. Al is de verleiding groot, toch kan je de tekst niet reduceren tot een puur autobiografisch verslag van een psychologische crisis. Kane las boe-
ken over therapieën, schreef teksten van anderen over (in haar tekst luidt het: 'Ik ben een kleptomane van de literatuur'). We krijgen daarom drie lagen in dit stuk. Om te beginnen is er de laag van de ontboezemingen. Op dit niveau verwijst het geheimzinnige 4.48 in de titel naar het uur waarop je depressief wakker wordt en het gevecht moet aangaan met wat 'het uur van de wolf' heet. Het is het moment van de luciditeit, of ook het ogenblik van de ondergang. Daarnaast zijn er korte flitsen van gesprekken met de therapeut. Ze leiden tot niets en lijken me ontsproten aan dezelfde wanhoop en woede die je bij
Van enige voortgang is er nauwelijks sprake. De stem die aan het woord is (Een vrouw? Een man? Kane geeft geen rolverdeling aan) zit vast in een onveranderlijke situatie. Alleen de laatste woorden lijken te suggereren dat de persoon tot wie de stem behoort, zelfmoord zal plegen. Maar ook dat is onzeker, want de allerlaatste woorden zijn: 'Open the curtains.' Is dat een uitzicht op een mogelijke ontsnapping, het moment waarop alles zich ten goede keert, of staat liet symbool voor de stap naar de fatale daad?
Zo schreef Kane, op het einde van haar korte carrière, een tekst die volledig breekt met haar eerste stukken en heel duidelijk tot het 'post-dramatische' theater behoort, dat
het toneel staan, elk met hun eigen probleem. Macdonald kwam tot de conclusie dat hij de tekst het best met drie acteurs speelde, twee vrouwen en een man. Hij vond het echter niet nodig om uit te gaan van vastomlijnde personages, ook al komen er in de tekst enkele korte dialogen voor tussen een therapeut en zijn patiënt. De acteurs wisselden tijdens het stuk dan ook allemaal van rol. Het resultaat van zijn arbeid deed volledig recht aan de onzekerheid die de tekst omgeeft, maar voor de toeschouwer werd het er niet makkelijker op om te weten te komen waarover het ging.
Ik probeer altijd om me bewust te worden van de pluraliteit van elk woord, gewoon door strikt naar de tekst te luisteren. (Claude Régy)'
4.48
etcetera 86 ©O® 49
Toen Claude Régy de tekst las, nam hij al gauw een kapitaal besluit: hij zou het met twee stemmen doen. Door voor één van die stemmen een vrouw te kiezen, maakte hij een link met de schrijfster. Maar verder wenste hij geen enkele psychologische of anekdotische verwijzing. Régy bleef trouw aan zijn credo dat het realisme een aberratie is waar we zo vlug mogelijk van af moeten raken. Een vloek voor de kunst, vindt hij het. Daarom grijpt hij terug naar een abstracte ruimte, hetgeen zowat zijn handelsmerk is. Hij schildert de toneelruimte zwart en sluit de man-teau af met een gaas. Zo komt de actrice op het voortoneel terecht, dicht bij het publiek, met als bijkomende suggestie dat ze misschien temidden van datzelfde publiek staat - een effect dat werkte in de intieme ruimte van
Wat Régy niet wil, is psychologische inleving. Ook dat behoort tot dat verfoeilijke realisme. Hij wil in de eerste plaats de tekst laten spreken en ziet een theatervertoning als een gebeuren met drie componenten: de bijdrage van de schrijver, de uitvoering van de acteur en de receptie bij de toeschouwer. Op deze drie punten moet er verbeelding aanwezig zijn. Als je deze wisselwerking vanuit de laatste component beschouwt, is het voor Régy belangrijk dat de toeschouwer intens meewerkt. Een regisseur mag nooit tussen tekst en toeschouwer staan. Régy vermijdt redundantie en verwerpt elke vorm van 'spektakel' (een woord dat hij als een vloek in de mond neemt). Hij streeft daarom een uiterste soberheid na.
De acteur moet kurmeri bestaan zonder spreken of handelen. (Claude Régy)
Voor de acteur volgt daaruit dat alle aandacht naar het woord gaat. Zo staat
lingskracht van een actrice die twee uur lang stilstaat ('Niet juist,' zou Régy hierover zeggen, 'ze beweegt niet, en dat is helemaal wat anders'). Ze reciteert de tekst, zonder franje, zonder retoriek, eerder als een bezwering. Door haar onbeweeglijkheid wordt ze een stem zonder lichaam. Die totale controle wordt op een paar punten doorbroken: naargelang het spieken vordert, beginnen haar armen en handen te bewegen. Maar ze hebben geen ondersteunende taak. Ze leiden een onafhankelijk leven; de verwrongen, ongecontroleerde gebaren wijzen op een innerlijke kwelling. De handen laten het onderbewuste spreken en vertellen op deze manier een tweede verhaal dat inhaakt op de eigenlijke woorden. Daarnaast merkt men dat over het gelaat van
Daar voor Régy de woorden uiterst belangrijk zijn,
over de hele breedte van het podium.
Al onderstreept Régy zijn absolute trouw aan de tekst, met als dwingend gevolg de nederige opstelling van de regisseur, toch voegt hij een paar eigen expressieve middelen toe aan deze interpretatie. In de eerste plaats is hij een tovenaar met licht. Ook hier is zijn tussenkomst bescheiden, al is het resultaat fenomenaal. Hij heeft een beperkt aantal lichtstanden: een soort halfduister, een felle witte belichting, een vierkant (suggestie van een kamer?), een lichtbundel van links en van rechts. De lichtstanden wisselen elkaar heel subtiel af. Régy dooft het licht na elk onderdeel, maar het licht gaat nooit over in een donkerslag. Bijna ongemerkt schakelt hij over naar de volgende stand, een toneeleffect dat je met een filmterm als een fondii enchainé kan omschrijven. Zo ontstaat er een vloeiende overgang van verschillende stemmingen. Het creëren van sfeer rond tekst en acteur beschouwt Régy als één van de belangrijkste bijdragen van een regisseur.
Daarnaast gebruikt hij ook muziek, iets waar bij Kane zelf niet om gevraagd wordt. De tekst wordt op vele plaatsen gedragen door een zeer bescheiden elektronische ruis, net genoeg om de toneelruimte bijna onmerkbaar breder te laten uitwaaieren. Op twee plaatsen is er een zeer duidelijke streep muziek.We horen even de stem vol emotie van Jeff
groep die in
Uit deze exegese blijkt dat er een diepe analyse aan de grondslag ligt van Régy's arbeid. Het toont ook aan dat hij cryptische, zelts hermetische verwijzingen niet schuwt. Régy, die theater als kunst hoog in het vaandel voert, steekt zeker geen hand uit naar de toeschouwer. Trouwens, wie de vertakte betekenis niet kan vatten, voelt tijdens de vertoning bij de muziek toch een bepaalde emotie, los
50
van het begrijpen. Het is een manier van communiceren die Régy naar eigen zeggen erg nauw aan het hart ligt. Hij wil de toeschouwer immers raken op een plek buiten de logica en de tirannie van de woorden.
Maar hier stoten we op een merkwaardige paradox: hoezeer Régy de kracht van het irrationele ook beklemtoont, toch staat precies het woord bij hem centraal. Zo hecht hij bijzonder veel belang aan de vertaling en werkt hij actief samen met een vertaler bij elk van zijn voorstellingen. Dat vertalen een verre van neutrale bezigheid is, blijkt uit de keuze die Régy op bepaalde plaatsen in de tekst maakt, zoals bij de zin: 'lust a word on the page and there is the drama.'2 Kane verwijst hier duidelijk naar psychologische problemen, want in de voorgaande zin heeft ze het over een breakdown, die door middel van te veel uitroeptekens onze aandacht opeist. The drama ontstaat dus bij het verschijnen van een woord, los van de klassieke ingrediënten van conflict of botsing van karakters. Het woord an sich is reeds voldoende. Als ik dat in een psychoanalytisch perspectief plaats, kan ik de zin als volgt lezen: elk woord, dat hier ongetwijfeld gestuwd wordt door het onderbewuste, is het resultaat van de wanhopige strijd tussen verschrikkelijke en tegenstrijdige impulsen. Zijn verschijnen is dus het resultaat van een strijd, en een strijd is het wezen zelf van het drama. Zo pleit ik voor een vertaling van the drama door 'het drama'. Maar Régy schuift een ander woord naar voren. Hij noemt het théâtre.
Het volstaat om de tekst zichzelf te laten zijn, niets op te roepen ofte onderdrukken en zo een veelheid aan mogelijke gevoelens open te laten. (Claude Régy)
De keuze voor het woord théâtre is weloverwogen, want voor hem ligt daar een sleutel voor zijn strenge, sobere aanpak. Als regisseur of
als acteur moet je niet op zoek gaan naar conventionele theatrale handelingen. Je hoeft deze tekst niet psychologisch waarachtig te maken; je hoeft ook geen retorische trucjes te gebruiken om het boeiend te maken. De acteur dient zich alleen aan de woorden te houden. Het woord is reeds theater, dus laten we ons met respect in het ascetische terugtrekken. Vertrouw de tekst, hij zal wel al het werk doen.
Dit brengt me bij de vertaling van de laatste woorden van de tekst. Kane schrijft:'Please open the curtains.'1 Deze woorden worden gesproken na een lange stilte (drie kwart van de laatste bladzijde is blank). Ze komen als een totale verrassing. De gordijnen suggereren een kamer, en de zin lijkt een opening naar buiten, naar de wereld in te houden. Misschien wordt het besluit tot zelfmoord (wat even tevoren met de dansende kip werd
aangegeven) toch nog teniet gedaan. Ook in dit geval permitteert Régy zich een kleine, maar veelbetekenende afwijking. Hij laat
zich ook op volledige getrouwheid moge beroepen. Men zou anderzijds ook kunnen stellen dat het verraad dat in elke vertaling schuilt, tezelfdertijd een creatieve bron vormt.
De acteur moet kunnen bestaan zonder spreken of handelen. (Claude Régy)
Zo heeft Régy een theatervoorstelling gemaakt, waarin de tijd stilstaat. De spanning bestaat uit het reikhalzen van de toeschouwer naar een mens in nood. Maar het contact wordt nooit gemaakt. De toeschouwer registreert de onmogelijkheid van de situatie. Misschien wordt de kern gevat door deze twee op elkaar volgende zinnen: 'Ik wil niet leven, ik wil niet sterven'. Al even schokkend is de uitspraak: 'Ik wil in deze wereld niet leven', wat aan de persoonlijke problematiek meteen ook een politieke dimensie geeft. Régy zoekt niet naar een verklaring, maar laat de tekst in zijn absurde, pijnlijke tegenstelling aan zichzelf over. Wat kan het reddende gebaar zijn, wanneer iemand zich zo sterk heeft afgesloten van alle oplossingen? Daarom is de eenzame actrice op het voorplan van het toneel totaal alleen, ook al staat ze zo dicht bij het publiek. Bij het publiek wisselen hulpeloosheid en fascinatie elkaar af. Van een ontwikkeling van de situatie is er nauwelijks sprake; er is alleen een lichte, maar onontkoombare verschuiving merkbaar: van wanhoop naar een diepere wanhoop.
Heel deze operatie leidt tot een minimalistisch theater. Het kan alleen iets uitstralen als het intens is. Het volle gewicht valt dan op de schouders van de vertolker. Het is vanuit dit standpunt dan ook een voorbeeld van 'acteurstheater'.
Als deze voorstelling een diepe indruk maakt, is dat te danken aan de
etcetera 86 gl
grote theaterpersoonlijkheid die
Dat dit bij het publiek als vreemd overkomt, blijkt uit het vele kuchen, vaak tijdens het langzaam doven van het licht (zowel
keren: 'Zie, ik verdwijn'. Elke uitspraak wordt gevolgd door één van die verschrikkelijke stiltes die bijna het hart van deze opvoering vormen. Het publiek wordt dan doodstil. Huppert creëert met de grootste eenvoud van middelen dat suprème moment van magie: een zaal die vergeet te kuchen, maar veel sterker nog, een publiek dat schijnbaar niet durft adem te halen. Wat een durf spreidt ze hier tentoon, welke risico's durft ze te nemen.
Wat blijft er te zeggen? Dat we bewondering voelen voor zoveel meesterschap, dankbaarheid voor zoveel artistiek aanvoelen en diep respect voor een vertolkster en een regisseur die zo consequent een radicale vertoning uitwerken. Na deze lezing kan je er niet om heen: Kanes laatste tekst, postuum op de scène gebracht, straalt een zeldzame kracht uit. Het gevoel van verlies bij het verdwijnen van zulk een uitzonderlijk talent wordt er des te schrijnender door.
Johan Thielemans
1 Dit en alle volgende citaten komen uit het programmaboek van deSingel
2
3
Concrete informatie over de opvoering dank ik aan een gesprek in het
4.48 PSYCHOSE
tekst
Auteur Johan Thielemans
Publicatie Etcetera, 2003-04, jaargang 21, nummer 86, p. 49
Trefwoorden régy • kane • huppert • claude • tekst • buckley • psychose • isabelle
Namen Buckley • CICT-théâtre • Conservatorium Antwerpen met Claude Régy • Curtis en Kane • Daniel Jeanneteau • Dominique Bruguière • Erwan Huon • Franse • Hans Thies Lehmann • Iaat • Isabelle Huppel • Isabelle Huppert • James Macdonald • Joy Division • Les Ateliers Contemporains en CICT- • Les Bouffes du Nord • Manchester • Marianne • Methuen Drama • Mrs Dalloway • Ouvrez Ie • Philippe Cachia • Psychose CLAUDE RÉGY • Royal Court Theatre • Sarah Kane • Stroszek van VVerner Herzog • T-shirt • Théâtre • Verenigde Staten • Virginia Woolf • deSingel voor de bemiddeling
Development and design by LETTERWERK